What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
TA6. 1.4.20 dubbele punt
doel:
Ik weet wanneer je in een zin een dubbele punt gebruikt.
1 / 20
next
Slide 1:
Slide
Taal
Basisschool
Groep 6,7
This lesson contains
20 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
doel:
Ik weet wanneer je in een zin een dubbele punt gebruikt.
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Dubbele punt - opsomming
We kunnen kiezen uit
:
pannenkoeken, frietjes of vissticks.
Waar gaan wij naar toe? Naar
:
de dierentuin, het zwembad of het pretpark.
Ik ben op vakantie geweest naar
:
Frankrijk, Duitsland en Zwitserland.
Slide 3 - Slide
Let op
Voor
de dubbele punt komt geen spatie.
Na
de dubbele punt komt wel een spatie.
Voorbeeld
We konden kiezen uit
:
patat, salade of gekookte aardappeltjes.
Slide 4 - Slide
Waar zie je een opsomming?
A
Op de tafel ligt: een laptop, een pen en een wisbord.
B
Ik ben verdrietig: mijn fiets is kapot.
C
Tijn zegt: 'Iedereen mag mee'.
Slide 5 - Quiz
Waar zie je een opsomming?
A
Hij is boos: zijn fiets is gestolen.
B
Ik zeg: 'Dat gaan wij doen'.
C
Ik lust graag: aardbeien, kersen en meloen
Slide 6 - Quiz
A
B
C
Waar komt de dubbele punt? Het is een opsomming.
A
plek A
B
plek B
C
plek C
Slide 7 - Quiz
In welke zin staat de dubbel punt goed.
A
Ik hou van tulpen: rozen en narcissen
B
Ik hou van: tulpen, rozen en narcissen
C
Ik hou van tulpen, rozen: en narcissen
Slide 8 - Quiz
Tussen welke 2 woorden hoort de dubbele punt?
Ik heb drie katten Sok, Sip en Poffertje.
A
Ik en heb
B
drie en katten
C
katten en Sok
D
Sok en Sip
Slide 9 - Quiz
Wat is een citaat?
A
Iets wat iemand zegt
B
Een opsomming
C
Een verklaring
Slide 10 - Quiz
Waar zie je een citaat?
A
Jens zegt dat iedereen mee mag
B
Iedereen mag mee!
C
Jens zegt: 'Iedereen mag mee'.
Slide 11 - Quiz
Waar zie je een citaat
A
Mama zegt: 'Kom we gaan'.
B
Mama zegt dat we gaan
C
Mama zegt dat we moeten komen
Slide 12 - Quiz
A
B
C
Waar komt de dubbel punt? Het is een citaat.
A
plek A
B
plek B
C
plek C
Slide 13 - Quiz
In welke zin staat de dubbel punt goed.
A
Juf roept: 'We gaan naar huis!'
B
Juf roept 'We gaan: naar huis!'
C
Juf roept 'We: gaan naar huis!'
Slide 14 - Quiz
Dubbele punt - verklaring
Een verklaring is eigenlijk dat je iets uitlegt.
Voorbeeld:
Jan heeft de toets goed gemaakt
:
hij heeft een 10.
In het Engels heette de blauwe verf
:
blue paint.
Slide 15 - Slide
In welke zin staat de dubbel punt goed? Het is een verklaring (of uitleg).
A
Ik ga vroeg slapen ik ben moe.
B
Ik ga vroeg slapen: ik ben moe.
C
Ik ga vroeg slapen ik ben: moe
Slide 16 - Quiz
In welke zin staat de dubbel punt goed? Het is een verklaring (of uitleg).
A
Ik heb haast: ik ben te laat vertrokken.
B
Ik heb haast ik: ben te laat vertrokken.
C
Ik heb haast ik ben: te laat vertrokken.
Slide 17 - Quiz
A
B
C
Waar komt de dubbel punt? Het is een verklaring.
A
plek A
B
plek B
C
plek C
Slide 18 - Quiz
Slide 19 - Slide
GOED GEOEFEND!!!!
Slide 20 - Slide
More lessons like this
Thema 1, week 4 Les 20 dubbele punt
September 2023
- Lesson with
30 slides
Taal
Basisschool
Groep 6,7
TA6. 1.2.20
August 2022
- Lesson with
20 slides
Taal
Basisschool
Groep 6,7
Thema 1, week 3 Toets
August 2022
- Lesson with
34 slides
Taal
Basisschool
Groep 6
Taalverzorging 1
May 2022
- Lesson with
43 slides
Nederlands
Basisschool
Groep 7
Les 37 - interpunctie - komma en dubbele punt
January 2024
- Lesson with
28 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
leestekens groep 6-7
January 2024
- Lesson with
22 slides
Interpunctie (printversie)
January 2024
- Lesson with
19 slides
Taal
Basisschool
Groep 7
Les 6: leestekens
December 2021
- Lesson with
44 slides
Nederlands
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 7