Formatieve toets Indonesie

Zet in de juiste volgorde van tijd
Soevereiniteitsoverdracht
VOC wordt opgericht
Cultuurstelsel
Ethische politiek
Politionele acties
Multatuli
1 / 17
next
Slide 1: Drag question
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Zet in de juiste volgorde van tijd
Soevereiniteitsoverdracht
VOC wordt opgericht
Cultuurstelsel
Ethische politiek
Politionele acties
Multatuli

Slide 1 - Drag question

Leg uit wat een handelsmonopolie is. Gebruik daarin de woorden: Republiek, VOC.

Slide 2 - Open question

Welke twee rechten had de VOC die andere bedrijven niet hadden
A
Het bouwen van forten
B
Het voeren van oorlog
C
Het opkopen van concurentie
D
Het aanstellen van koningen

Slide 3 - Quiz

Bekijk dit kaartje. leg uit waarom dit kaartje wel of niet past bij de tijd van de VOC? Leg je antwoord uit.

Slide 4 - Open question

Leg uit waarom de term "Politionele Actie" en "Pacificatie" erg veel op elkaar lijken. Leg in je antwoord beide termen uit.

Slide 5 - Open question

Zet de volgende groepen op de juiste plek in de sociale ladder. Wie was het belangrijkst
Hoogste
Midden
Laagste
Indo's
Indonesiers
Nederlanders

Slide 6 - Drag question

Leg het cultuurstelsel uit.

Slide 7 - Open question

Welke groep had het meeste profijt van het cultuurstelsel.
A
De Nederlandse ondernemers
B
De Nederlandse overheid
C
De Indische adel
D
De Indische boeren

Slide 8 - Quiz

Welke discriminerende term werd gebruikt voor contractarbeiders?

Slide 9 - Open question

Wat is de ethische politiek?
Ethische politiek
Een plan om de ontwikkeling te bevorderen
Kolonisatie
Een plan om de onderontwikkeling te bevorderen
Onafhankelijkheid

Slide 10 - Drag question

Wie is wie?
Soekarno
Hatta

Slide 11 - Drag question

Noem een gevolg van de Japanse bezetting voor de Nederlanders in Indonesië

Slide 12 - Open question

Wat waren ‘troostmeisjes’?​
A
Jonge vrouwen die in de huishouding moesten werken bij Japanse soldaten.​
B
Jonge vrouwen die voor koffie en thee moesten zorgen voor de Japanse soldaten.​
C
Jonge vrouwen die als prostituee in Japan moesten werken.​
D
Jonge vrouwen die als prostituee voor het Japanse leger moesten werken.​

Slide 13 - Quiz

Twee uitspraken:
1. De politionele acties vonden plaats enkele jaren voordat de Tweede Wereldoorlog startte.

2. De politionele acties zijn uitgevoerd om dekolonisatie van Indonesië te versnellen.
A
Alleen uitspraak 1 is juist
B
Alleen uitspraak 2 is juist
C
Beide uitspraken zijn juist
D
Beide uitspraken zijn onjuist.

Slide 14 - Quiz

Waarvoor staan de personen en de zandloper symbool?
A
Man - Nederland, Vrouw - Indonesië, Zandloper-de tijd
B
Man - Indonesië, Vrouw - Nederland, Zandloper-de tijd
C
Man - Leger, Vrouw - Soekarno, Zandloper-dekolonisatie
D
Man - blanken, Vrouw - nationalisten, Zandloper-kolonisatie

Slide 15 - Quiz

Wat zijn politionele acties?
A
Acties van Nederland om te voorkomen dat Indonesië onafhankelijk werd.
B
Acties van Japan een nieuwe poging te doen om Nederlands-Indië in te nemen.
C
Acties van Nederlands-Indië om ervoor te zorgen dat zij onafhankelijk werden.
D
Acties van Duitsland om Japan te gaan helpen in de oorlog.

Slide 16 - Quiz

De naam politionele acties verwijst naar...
A
De politiek. De politici van Nederland hebben tot deze acties besloten
B
De politiek. De acties zijn een vervolg op ethische de politiek
C
De politie. Nederland stuurde geen legereenheden maar manschappen van de Rijkspolitie
D
De politie. Hiermee wilde de Nederlandse overheid aangeven dat het geen militaire inval was, maar een herstel van recht en orde

Slide 17 - Quiz