1HV Oefentoets PW CH1

Startklaar
Ik ben klaar voor de les:

  • Ik zit op mijn plek
  • Mijn jas is uit 
  • Mijn tas is op de grond/ aan mijn stoel
  • Mijn mobiel is in mijn kluis/hoteltas
  • Mijn boek en pen zijn op mijn tafel
1 / 27
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Startklaar
Ik ben klaar voor de les:

  • Ik zit op mijn plek
  • Mijn jas is uit 
  • Mijn tas is op de grond/ aan mijn stoel
  • Mijn mobiel is in mijn kluis/hoteltas
  • Mijn boek en pen zijn op mijn tafel

Slide 1 - Slide

Qu'est-ce qu'on va faire aujourd'hui?
  • Wat? herhalen alle onderdelen  
  • Hoe? klassikaal en individueel 
  • Tijd? 45 minuten
  • klaar? Leren vocabulaire + zinnen
  • Lesdoel?
Aan het eind van de les:
- Heb je geoefend met alle onderdelen van chapitre 1

Slide 2 - Slide

Wat waren de grammaire onderdelen?

Slide 3 - Slide

1. Woorden

Slide 4 - Slide

Bonjour, ________ Roos. Je suis en vacances ici.
A
je suis
B
on rigole
C
tu parles

Slide 5 - Quiz

________________
à Rotterdam. C'est en Hollande.
A
Il y a
B
J'habite
C
Toujours

Slide 6 - Quiz

Et toi?
__________________ français?
A
On joue
B
On reste
C
Tu parles

Slide 7 - Quiz

Je suis en vacances avec
________________.
A
la famille
B
la musique
C
le problème

Slide 8 - Quiz

Théo est aussi là, c'est ______________ de Chloé.
A
le cousin
B
la mer
C
le message

Slide 9 - Quiz

Théo est très ______________.
A
avec
B
drôle
C
ensemble

Slide 10 - Quiz

Les vacances
La famille
Les animaux
la cousine
la plage
le chien
le père
la tente
le poisson
le chat
la piscine
la grand-mère

Slide 11 - Drag question

2. Zinnen (phrases-clés)

Slide 12 - Slide

Vertaal:
Ik heet Tim.

Slide 13 - Open question

Vertaal:
Ik ben twaalf jaar.

Slide 14 - Open question

Vertaal:
Ik woon in Oldenzaal.

Slide 15 - Open question

Vertaal:
Ik heb een zus.

Slide 16 - Open question

3. Grammatica

Slide 17 - Slide

Vervang le/la door un/une:
J’aime la piscine. C’est __________ piscine géniale.
A
un
B
une

Slide 18 - Quiz

Vervang le/la door un/une:
Voici la tente de Maxime. C'est _______ grande tente!
A
un
B
une

Slide 19 - Quiz

Vervang le/la door un/une:
Maarten est le frère de Isabelle.
C'est _______ frère très sportif.
A
un
B
une

Slide 20 - Quiz

Vul de juiste vorm van avoir in:
tu ______ 13 ans.

Slide 21 - Open question

Vul de juiste vorm van avoir in:
vous ______ une piscine

Slide 22 - Open question

Vul de juiste vorm van avoir in:
j' ______ un chat

Slide 23 - Open question

Vul de juiste vorm van avoir in:
nous ______ un problème

Slide 24 - Open question

Vul de juiste vorm van avoir in:
Floor ______ un chien

Slide 25 - Open question

Einde van de oefentoets

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide