8.2 Energie in ecosystemen 4V 2324

Paragraaf 1 Dierenwelzijn
Paragraaf 8.2 Energie in ecosystemen
1 / 23
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 23 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Paragraaf 1 Dierenwelzijn
Paragraaf 8.2 Energie in ecosystemen

Slide 1 - Slide

Lesdoel 8.2 Je kunt
  • voedselpiramides in een ecosysteem tekenen en interpreteren
  • energiestroomschema op een bepaald trofisch niveau beschrijven



Slide 2 - Slide

Doel 1
Je beschrijft de voedselketens in een voedselweb

Slide 3 - Slide

Voedselketen

Slide 4 - Slide

Voedselketen
Producent

Slide 5 - Slide

Voedselketen
Producent
Autotroof/ heterotroof?

Slide 6 - Slide

Voedsel                             web

Slide 7 - Slide

Doel 1
Je tekent en interpreteert voedselpiramides in een ecosysteem

Slide 8 - Slide

Piramide van aantallen - 1





Aantallen: Hoeveelheid individuen zijn er aanwezig in een schakel van een voedselketen






Slide 9 - Slide

Piramide van aantallen - 2





De vorm hoeft geen pyramide te zijn








Slide 10 - Slide

Producenten (basis piramide)
Energie
Organische stoffen
Anorganische stoffen
assimilatie (fotosynthese)

Slide 11 - Slide

Piramide van biomassa





Biomassa: alle organische stof in één schakel van een voedselketen

Slide 12 - Slide

Piramide van productiviteit





Jaargemiddelde biomassa: piramide van productiviteit.


Slide 13 - Slide

Producenten

Slide 14 - Slide

Productie door producenten
Bruto primaire productie = de hoeveelheid organische stoffen die producenten maken.
In gram/oppervlakte/jaar of gram/volume/jaar
Dus g/m2/jaar of g/m3/jaar
Producenten maken organische stoffen en leveren hiermee energie voor een heel ecosysteem


Slide 15 - Slide

Producenten
Bruto Primaire productie = de hoeveelheid organische stoffen die producenten maken.

Netto primaire productie = de hoeveelheid organische stoffen die producenten maken – de organische stoffen die ze zelf gebruiken (brandstof)/ dissimilatie
NPP=BPP-D



Slide 16 - Slide

Examenvraag (2021)
Inmiddels zijn door kruisingen aardappels verkregen met een hoger eiwitgehalte dan gewone aardappels. Deze eiwitten kunnen worden toegepast ter vervanging van melk en eieren in bijvoorbeeld ijs en slagroom.
De productie van plantaardige eiwitten is ecologisch duurzamer dan de productie van dierlijke eiwitten.
2p Leg dit uit aan de hand van de energiestroom in de voedselketen. 


Slide 17 - Slide

Examenvraag (2021) antwoord
maximumscore 2
Uit het antwoord moet blijken dat
energie verloren gaat bij iedere schakel in de voedselketen -> 1 punt
• de productie van plantaardige eiwitten (daardoor) minder
grondstoffen/grondgebruik vergt (dan de productie van dezelfde
hoeveelheid dierlijke eiwitten) -> 1 punt 


Slide 18 - Slide

Doel 2
Je beschrijft een energiestroomschema op een bepaald trofisch niveau

Slide 19 - Slide

Energiestroomschema

Slide 20 - Slide

Examenvraag (2023)
De onderzoekers bepaalden ook hoeveel procent van 
de droge stof van mais en van sorghum door het verteringsstelsel van runderen kan worden geresorbeerd (VCOS: verteringscoëfficiënt van de organische stof, tabel 2).
De energie die via voeding is ingenomen (I) is op te delen in drie
energiestromen: P (productiviteit), F (energieverlies in de vorm van feces)
en R (energieverlies door dissimilatie). 
(2p) Welk energiestroomschema past bij runderen die met sorghum C7
gevoerd zijn?


Slide 21 - Slide

Examenvraag (2023)
(2p) Welk energiestroomschema past bij runderen die met sorghum C7
gevoerd zijn?


Slide 22 - Slide

Huiswerk
In de online methode.
Maak de opdrachten van 
8.2: Leerroute B 


Slide 23 - Slide