Cursus 1 § 4 Tekstverbanden en signaalwoorden

Cursus 1 § 4 Tekstverbanden en signaalwoorden
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Cursus 1 § 4 Tekstverbanden en signaalwoorden

Slide 1 - Slide

Lesdoel
Na deze les:

Kan ik de verbanden opsomming, tijdsvolgorde en voorbeeld in een tekst herkennen aan de hand van signaalwoorden



Slide 2 - Slide

Wat weten we nog over:
Signaalwoorden ?

Slide 3 - Slide

Wat zijn signaalwoorden?


- Zinnen en alinea's hebben met elkaar te maken. 
- Ze houden verband met elkaar. 
- Aan een signaalwoord kun je zien welk verband. 
- Als je weet welke signaalwoord bij een verband hoort, helpt je dit om de tekst begrijpen!


Slide 4 - Slide

Opsomming
Meerdere dingen die bij elkaar horen worden achter elkaar genoemd: 
- Ten eerste, Ten slotte, Verder, En
- Streepjes –
- Bullets 
- 1,2,3 
'Ik houd van chips. Verder vind ik dropjes lekker. Je mag me ook wakker maken voor ijs.'


Slide 5 - Slide

Tijdsvolgorde
Dingen gebeuren in een bepaalde volgorde, de volgorde is wél belangrijk!

- Jaartallen
- Vroeger, later, eerst, daarna, vervolgens, nadat, terwijl, dadelijk, intussen
Eerst leg je het speelbord op tafel. Vervolgens deel je de andere materialen uit. Daarna bepaal je wie er begint. 

Slide 6 - Slide

Voorbeeld
Er wordt een uitleg of voorbeeld gegeven om iets duidelijk te maken. Je krijgt dus meer informatie. 

 

Bijvoorbeeld, zo, denk aan, neem nou...

Slide 7 - Slide

Huiswerk nakijken
Opdracht 3 en 5

Slide 8 - Slide

Samen
Fragment opdracht 4

Slide 9 - Slide

Zelfstandig werken
Wat: opdracht 4 en 6
Waar: Cursus 1 Paragraaf 4
Tijd: 15 minuten
Overleg: Geen / in stilte
Wat indien klaar: Lezen in je leesboek of;
- start met huiswerk opdracht 7
timer
15:00

Slide 10 - Slide

'Neem nou ome Henk, die is pas sterk'

Welk tekstverband herken je?
A
voorbeeld
B
tijdsvolgorde
C
opsomming
D
signaalwoorden

Slide 11 - Quiz

Ingrediënten:
- 100 gram volkorenmeel
- 2 eieren
- 100 gram rietsuiker
- 2 bananen

Welk tekstverband herken je?

A
voorbeeld
B
signaalwoorden
C
tijdsvolgorde
D
opsomming

Slide 12 - Quiz

'Eerst rijden we naar huis, daarna bestellen we een pizza!'

Welk tekstverband herken je?
A
Opsomming
B
Tijdsvolgorde
C
Volgorde
D
Voorbeeld

Slide 13 - Quiz

Huiswerk
Opdracht 7

Slide 14 - Slide