4.5 woorden (12_13)

4.5 woorden
1 / 20
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

4.5 woorden

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
Na deze les: 
- kun je zelfstandige naamwoorden vormen van een werkwoord en een zelfstandig naamwoord. 

Slide 2 - Slide

Wat weet je al? 
samenstelling

afleiding

Slide 3 - Slide

samenstellingen
Je herkent twee of meer woorden in een samenstelling.
Je schrijft de woorden aan elkaar.

Lucht + Ballon = Luchtballon

Slide 4 - Slide

afleidingen
Een woord met een voor- of een achtervoegsel

onbereikbaar
mislukking
kinderachtig

Slide 5 - Slide

woordvorming
Afleiding
van een werkwoord
van een bijvoeglijk naamwoord
door het toevoegen van een voor- of achtervoegsel 
Samenstelling
van twee losse woorden

Slide 6 - Slide

afleiding van een werkwoord
afleiding:
  • het + heel werkwoord 

  • werkwoord + achtervoegsel
het eten, het leren

eten + er --> de eter
vergissen + ing -->
de vergissing

Slide 7 - Slide

afleiding van een bijvoeglijk naamwoord

afleiding:
  • bijvoeglijk naamwoord
     + achtervoegsel

vrij + heid --> vrijheid
lief + je --> liefje

Slide 8 - Slide

Gebruik van een voor- of achtervoegsel bij zn

afleiding
  • zn + achtervoegsel
  • voorvoegsel + zn

leraar + es --> lerares
anti + stof--> antistof

Slide 9 - Slide

samenstelling van twee losse woorden

samenstelling
  • bn + zn
  • zn + zn
  • ww + zn

snel+ trein--> sneltrein
hand + doek--> handdoek
werken + ervaring --> werkervaring

Slide 10 - Slide

Het woord 'koelwagen' is een combinatie van
A
ww + zw
B
ww + bn
C
bn + zn
D
zn + zn

Slide 11 - Quiz

Het woord 'leraar' is een combinatie van
A
ww+ achtervoegsel
B
bn + achtervoegsel
C
zn + achtervoegsel
D
bn + zn

Slide 12 - Quiz

Het woord 'prinses' is een combinatie van
A
ww + achtervoegsel
B
bn + achtervoegsel
C
zn + achtervoegsel
D
bn + zn

Slide 13 - Quiz

Het woord 'kleinkunst' is een combinatie van
A
ww + zn
B
ww + bn
C
bn + zn
D
zn + zn

Slide 14 - Quiz

Het woord 'vrouw' is een
A
afleiding
B
samenstelling
C
geen van beide

Slide 15 - Quiz

Het woord 'consument' is een
A
afleiding
B
samenstelling
C
geen van beide

Slide 16 - Quiz

Het woord 'koper' is een
A
afleiding
B
samenstelling
C
geen van beide

Slide 17 - Quiz

Het woord 'winkelstraat' is een
A
afleiding
B
samenstelling
C
geen van beide

Slide 18 - Quiz

Hoe is het werkwoord 'hengelen' gemaakt?
A
ww + -en
B
zn + -en
C
bn + -en
D
combinatie van twee van bovenstaande

Slide 19 - Quiz

Huiswerk

Maak opdracht 12, 13 
blz 46 

Klaar? verder met opdracht  3-4-5-6-8-9 
van blz 40 - 44

Slide 20 - Slide