L3-6 - Normen, waarden, identiteit, diversiteit, cultuur

• Informatievaardigheden
• Basisschool
• Groep 5,6

NC - Zedenleer

Wat is dat eigenlijk: normen en waarden?

Ik weet wat normen en waarden zijn.

Ja, ik weet wat normen en waarden zijn.

Nee, ik weet niet wat normen en waarden zijn.

Ik denk dat ik weet wat normen en waarden zijn.

WAARDEN

Waarden zijn dingen die je belangrijk en waardevol vindt.

Waarden kun je in 1 woord uitdrukken.

Gezondheid, respect, beleefdheid, trouw, veiligheid, vriendschap, familie, behulpzaam, eerlijkheid, vertrouwen, bereikbaarheid, behulpzaam, gehoorzaam, dankbaarheid, verantwoordelijkheid, vrijheid, …

Maar een waarde kan meerdere normen hebben. 

NORMEN

Normen zijn ongeschreven regels en de dingen die je doet, 

het is gedrag dat je kan koppelen aan waarden.

(Geen ruzie maken, stoppen voor een rood licht, iemand helpen…)

Hoe je je moet gedragen en niet moet gedragen 

of ze zijn gewoon afgesproken.

Wat is identiteit?

Wat is diversiteit?

Wat is cultuur?

Hoe zit dat dan met je opvoeding?

• Ouders 
• Normen en waarden
• Welke zijn het belangrijkste
• Verschillende situaties 
• School, thuis, bij vriendjes, bij familie 
  
• Verschillende normen en waarden 
• Culturen 
  

Normen en waarden binnen culturen.

• Iemand in de ogen aankijken 
• Geen mes op tafel 
• Eten met je rechterhand 
• Boeren na het eten 
• Assertief en onbeleefd
• Ober roepen 
• Je stem verheffen 
• Afspraken 
• Korte broek 
• Gezellig mee eten 
• ...
  

Rechtvaardigheid

Gehoorzaamheid 

Vriendelijk

Eerlijk

Netjes zijn

Dankbaar

Respect

Privacy 

Geduld

Behulpzaam

Trouw - vertrouwen

...

Iemand vraagt je waar de supermarkt is en je toont waar de supermarkt is.

1. Eerlijk
2. Behulpzaam
3. Trouw
4. Respect

Ik spreek oudere mensen aan met 'U'.

1. Behulpzaam
2. Geduldig
3. Eerlijk
4. Respect

Je gooit je rommel in de prullenbak.

1. Respect
2. Eerlijk
3. Beleefd
4. Sportief

Ik zeg 'Hallo' als ik de klas binnen kom.

1. Beleefd
2. Vriendelijk
3. Vertrouwen
4. Onvriendelijk

Ik lach niemand uit.

1. Rechtvaardig
2. Trouw
3. Respect
4. Geduld

Ik weet nu wat normen en waarden zijn.

Ja, ik weet nu wat normen en waarden zijn.

Ik weet nu ongeveer wat normen en waarden zijn.

Nee, ik weet nog niet wat normen en waarden zijn.

Persoonlijke top 3

• Welke waarden zijn voor jou het belangrijkst? 
• 
  
• Hoe wil jij zelf graag behandeld worden?
• 
  
• Schrijf deze op de post-it. 
• 
  
• Een aandachtspunt voor deze week.