9.5 De rechtszaak: herhaling
1 / 13
Lesson duration is: 60 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Video
Een ander woord voor strafbaar feit noem je een...?
A
conflict
B
inzicht
C
delict
D
stoplicht
Slide 5 - Quiz
Wie klaagt de verdachte aan?
A
de rechter
B
de verdachte
C
de advocaat
D
de officier van justitie
Slide 6 - Quiz
Welk begrip pas hierbij?
De officier van justitie laat iemand niet voor de rechter laten komen wegens gebrek aan bewijs
De officier van justitie laat iemand niet voor de rechter laten komen wegens gebrek aan bewijs
A
schikken
B
marchanderen
C
Vervolgen
D
seponeren
Slide 7 - Quiz
Je mag niet liegen in de rechtszaal. Hoe heet dit strafbare feit?
A
Bestwil
B
Meineed
C
Smaad
D
Laster
Slide 8 - Quiz
De slottoespraak van de officier van justitie met daarin de strafeis.
A
Tenlastelegging
B
Requisitoir
C
Pleidooi
D
Vonnis
Slide 9 - Quiz
Deze instantie begeleidt ex-gevangenen om de kans op recidive te voorkomen.
A
deurwaarder
B
reclassering
C
Halt
D
advocaat
Slide 10 - Quiz
Hoe noem je de uitspraak van een rechter?
A
oordeel
B
uitslag
C
vonnis
D
conclusie
Slide 11 - Quiz
TBS krijg je wanneer...
A
je dronken was tijdens het delict
B
je het eigenlijk niet gedaan hebt
C
je ontoerekeningsvatbaar bent
D
je een voorwaardelijke straf hebt uitgezeten
