What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Les 2 - Persoonsvorm tegenwoordige tijd
Werkwoordspelling: 2 havo
1 / 41
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1,3
This lesson contains
41 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Werkwoordspelling: 2 havo
Slide 1 - Slide
Vorige les
Leerde je hoe je:
de persoonsvorm vindt
het onderwerp vindt
Slide 2 - Slide
Deze les
Leer je hoe je:
een persoonsvorm tegenwoordige tijd schrijft
Slide 3 - Slide
Werkwoordsvormen
Persoonsvorm tegenwoordige tijd
Persoonsvorm verleden tijd
Voltooid deelwoord
Onvoltooid deelwoord
VD als bijvoeglijk naamwoord
Infinitief (hele werkwoord)
Gebiedende wijs
Afkortingen
PV TT
PV VT
VD
OD
VD BN
INF
GW
Slide 4 - Slide
Stap 1: persoonsvorm tegenwoordige tijd
Als eerste ga je op zoek naar de
ik-vorm
.
Die krijg je door de
stam
van het werkwoord te vormen.
Hoe vind je ook alweer de stam van het werkwoord?
Slide 5 - Slide
Stam van het werkwoord
Hele werkwoord min -en.
Let op: stam en ik-vorm zijn niet altijd gelijk!
Beloven
Draaien
Kuchen
Trachten
Bonzen
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Video
Aan het werk
Schrijf van de werkwoorden de
stam
en de
ik-vorm
op!
Slide 8 - Slide
beklimmen
Slide 9 - Open question
mixen
Slide 10 - Open question
blazen
Slide 11 - Open question
zich afvragen
Slide 12 - Open question
saven
Slide 13 - Open question
flossen
Slide 14 - Open question
overgeven
Slide 15 - Open question
zich schamen
Slide 16 - Open question
afblijven
Slide 17 - Open question
scrubben
Slide 18 - Open question
zich ergeren
Slide 19 - Open question
fronzen
Slide 20 - Open question
Stap 2: persoonsvorm tegenwoordige tijd
Zet bij
jij
en
hij / zij / het
een -t achter de ik-vorm
Wij / jullie / zij
krijgen het hele werkwoord (infinitief)
Beloven
Draaien
Kuchen
Trachten
Bonzen
Slide 21 - Slide
Samenvattend: persoonsvorm tegenwoordige tijd
Stap 1:
Als eerste ga je op zoek naar de ik-vorm.
Die krijg je door de stam van het werkwoord te vormen.
Stap 2:
Zet bij
jij
en
hij / zij / het
een -t achter de ik-vorm
Wij / jullie / zij
krijgen het hele werkwoord (infinitief)
Slide 22 - Slide
Op een rijtje: persoonsvorm tegenwoordige tijd
Slide 23 - Slide
Uitzondering!
Komt je / jij
achter
de persoonsvorm? Dan geen -t
Word/t je daar niet moe van?
Word/t je oma daar niet moe van?
Wat vind/t je broer van deze muziek?
Wat vind/t je van deze muziek?
Wat houd/t je moeder daar in haar handen?
Wat houd/t je daar in je handen?
Tip: vervang het werkwoord door 'lopen'!
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Slide
Mijn broer ... (lezen) graag boeken.
Slide 26 - Open question
Zij ... (werken) hard aan het project.
Slide 27 - Open question
De leraar... (uitleggen) de nieuwe opdracht.
Slide 28 - Open question
De hond ... (blaffen) naar de postbode.
Slide 29 - Open question
Florians paard ... (draven) sierlijk rondjes in de bak van de manage.
Slide 30 - Open question
Het ... (sneeuwen) in Nederland meestal wel een paar keer per jaar.
Slide 31 - Open question
... (snijden) jij de uien voor de soep?
Slide 32 - Open question
Volgens de verpakking ... (branden) deze kaarsen minimaal vier uur.
Slide 33 - Open question
De docent ... (beantwoorden) je vraag doorgaans binnen een dag.
Slide 34 - Open question
Als je er niet aan krabt, ... (verdwijnen) dat puistje vanzelf.
Slide 35 - Open question
Wat ... (bieden) je voor mijn PlayStation?
Slide 36 - Open question
Ik ... (klagen) over de vertraging van de trein.
Slide 37 - Open question
Het meisje ... (wijzen) naar de hoge toren.
Slide 38 - Open question
Het water... (bevriezen) door de strenge vorst.
Slide 39 - Open question
Wat ... (bieden) je broertje voor mijn PlayStation?
Slide 40 - Open question
Ik weet hoe ik de persoonsvorm tegenwoordige tijd schrijf
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 41 - Poll
More lessons like this
Laatste les: herhaling werkwoordspelling
September 2024
- Lesson with
27 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1,3
Opfriscursus werkwoordspelling
12 days ago
- Lesson with
27 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1,3
Les 3 - Persoonsvorm verleden tijd
September 2024
- Lesson with
10 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1,3
Zaterdag 18 mei 2024 Herhaling werkwoordspelling
May 2024
- Lesson with
30 slides
Nederlands
Secondary Education
Age 12,13
EXTRA LESJE ww-spelling PV TT / PV VT / VD / VD BN / OD
November 2022
- Lesson with
24 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1,3
Spelling persoonsvorm in de tt
June 2019
- Lesson with
36 slides
Steunles spelling
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1
groep 8 werkwoord spelling cito
October 2024
- Lesson with
44 slides
nederlands
Primary Education
Les 1 - Persoonsvorm & onderwerp vinden
September 2024
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1,3