Nederlands - Woordenschat - Techniek - H4

NEDERLANDS
WOORDENSCHAT TECHNIEK

4. SANITAIR INSTALLEREN
1 / 19
next
Slide 1: Slide
BurgerschapsonderwijsPraktijkonderwijsLeerjaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

Items in this lesson

NEDERLANDS
WOORDENSCHAT TECHNIEK

4. SANITAIR INSTALLEREN

Slide 1 - Slide

Wat is sanitair?
A
B
C
D

Slide 2 - Quiz

Maak opdracht 1
bladzijde 46 en 47

Slide 3 - Slide

SANITAIR INSTALLEREN
Bladzijde 47 t/m 49

Slide 4 - Slide

Welke woorden en handelingen herken je in het filmpje?

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Bekijk het filmpje.
  • Wat doen buurman en buurman verkeerd?

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Maak opdracht 2 t/m 9
bladzijde 49 t/m 53

Slide 9 - Slide

Welke zin klopt?
A
Een hangtoilet is een watercloset die op de grond staat.
B
Installeren is het afsluiten van de kraan van de watertoevoer.
C
Een afvoerbuis is een buis voor de toevoer van water.
D
Met een mengkraan kun je zelf regelen hoe warm of koud het water is dat uit de kraan komt.

Slide 10 - Quiz

Dit zijn allebei mengkranen.
Wat is het verschil tussen deze twee mengkranen?

Slide 11 - Slide

SANITAIR INSTALLEREN 2
Bladzijde 53 t/m 55

Slide 12 - Slide

Sleep de foto's naar het juiste woord.
Waterreservoir
Sifon
Vlotter
Knelfitting
Afvoermanchet

Slide 13 - Drag question

Bekijk het filmpje.
  • Hoe moet je kitten?
  • Welke tips geven ze?

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Maak opdracht 10 t/m 17
bladzijde 53 t/m 60

Slide 16 - Slide

Welke zin klopt?
A
Een plug is het boorgat dat je maakt met je elektrische boor.
B
Kitten is het waterdicht maken van naden.
C
Een waterpomptang is een soort steeksleutel.
D
Een vlotter is de watertank van de wc.

Slide 17 - Quiz

Maak opdracht 18
bladzijde 60

Slide 18 - Slide

       Leg het woord uit.

Slide 19 - Slide