This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
De Roos Van Leary: Ontdek jouw interactiestijl
Slide 1 - Slide
This item has no instructions
Leerdoel
Aan het einde van deze les kun je de Roos van Leary toepassen om jouw interactiestijl te begrijpen en te verbeteren.
Slide 2 - Slide
Vertel de studenten dat ze aan het einde van de les in staat zullen zijn om de Roos van Leary te gebruiken om hun eigen interactiestijl te analyseren en te verbeteren.
Wat weet jij al over de Roos van Leary?
Slide 3 - Mind map
This item has no instructions
Interactiestijlen
De Roos van Leary is een model dat verschillende interactiestijlen beschrijft op basis van gedrag. Er zijn acht stijlen in totaal.
Slide 4 - Slide
Leg uit dat de Roos van Leary een model is dat verschillende interactiestijlen beschrijft op basis van gedrag. Er zijn acht stijlen in totaal. Geef een overzicht van alle acht stijlen.
Dominant
Dominante mensen zijn taakgericht en proberen anderen te controleren. Ze zullen vaak commanderen en hun wil opleggen.
Slide 5 - Slide
Leg uit dat dominante mensen taakgericht zijn en anderen willen controleren. Ze zullen vaak commanderen en hun wil opleggen.
Afstandelijk
Afstandelijke mensen zijn taakgericht, maar vermijden contact met anderen. Ze zijn vaak gesloten en kritisch.
Slide 6 - Slide
Leg uit dat afstandelijke mensen taakgericht zijn, maar contact met anderen vermijden. Ze zijn vaak gesloten en kritisch.
Meewerkend
Meewerkende mensen zijn gericht op anderen en proberen de harmonie te bewaren. Ze zijn vaak onderdanig en passief.
Slide 7 - Slide
Leg uit dat meewerkende mensen gericht zijn op anderen en de harmonie proberen te bewaren. Ze zijn vaak onderdanig en passief.
Hoe gedragen afstandelijke mensen zich?
A
Ze zijn onderdanig en passief.
B
Ze zijn gericht op anderen en willen harmonie bewaren.
C
Ze zijn taakgericht en vermijden contact met anderen.
D
Ze zijn taakgericht en willen anderen controleren.
Slide 8 - Quiz
This item has no instructions
Hoe gedragen dominante mensen zich?
A
Ze zijn onderdanig en passief.
B
Ze zijn gericht op anderen en willen harmonie bewaren.
C
Ze zijn taakgericht en willen anderen controleren.
D
Ze vermijden contact met anderen.
Slide 9 - Quiz
This item has no instructions
Expressief
Expressieve mensen zijn gericht op anderen en proberen hun gevoelens te uiten. Ze zijn vaak impulsief en dramatisch.
Slide 10 - Slide
Leg uit dat expressieve mensen gericht zijn op anderen en hun gevoelens willen uiten. Ze zijn vaak impulsief en dramatisch.
Afhankelijk
Afhankelijke mensen zijn gericht op anderen en proberen waardering te krijgen. Ze zijn vaak onzeker en hebben bevestiging nodig.
Slide 11 - Slide
Leg uit dat afhankelijke mensen gericht zijn op anderen en waardering willen krijgen. Ze zijn vaak onzeker en hebben bevestiging nodig.
Vijandig
Vijandige mensen zijn gericht op zichzelf en proberen anderen te overheersen. Ze zijn vaak agressief en confronterend.
Slide 12 - Slide
Leg uit dat vijandige mensen gericht zijn op zichzelf en anderen willen overheersen. Ze zijn vaak agressief en confronterend.
Sociaal
Sociale mensen zijn gericht op anderen en proberen relaties op te bouwen. Ze zijn vaak vriendelijk en behulpzaam.
Slide 13 - Slide
Leg uit dat sociale mensen gericht zijn op anderen en relaties willen opbouwen. Ze zijn vaak vriendelijk en behulpzaam.
Teruggetrokken
Teruggetrokken mensen zijn gericht op zichzelf en vermijden contact met anderen. Ze zijn vaak verlegen en onzeker.
Slide 14 - Slide
Leg uit dat teruggetrokken mensen gericht zijn op zichzelf en contact met anderen vermijden. Ze zijn vaak verlegen en onzeker.
Roos van Leary
De Roos van Leary is een diagram dat deze acht interactiestijlen weergeeft. Door te begrijpen welke stijlen bij jou en anderen passen, kun je jouw interactiestijl verbeteren.
Slide 15 - Slide
Laat de studenten de Roos van Leary zien en leg uit dat het een diagram is dat deze acht interactiestijlen weergeeft. Leg uit hoe het diagram werkt en wat de studenten kunnen leren door het te gebruiken.
Jouw interactiestijl
Gebruik de Roos van Leary om te bepalen welke interactiestijl het best bij jou past. Denk na over hoe je in verschillende situaties reageert.
Slide 16 - Slide
Geef de studenten de opdracht om na te denken over hun eigen interactiestijl en hoe ze in verschillende situaties reageren. Geef ze de tijd om hierover na te denken en laat ze hun bevindingen noteren.
Interactie met anderen
Gebruik de Roos van Leary om te bepalen welke interactiestijl het best past bij de mensen met wie je werkt of omgaat. Denk na over hoe je met hen communiceert.
Slide 17 - Slide
Geef de studenten de opdracht om na te denken over de interactiestijl van de mensen waarmee ze werken of omgaan en hoe ze met hen communiceren. Laat ze hun bevindingen noteren.
Analyseer jouw interactie
Gebruik de Roos van Leary om jouw interactie met anderen te analyseren. Welke interactiestijlen gebruik je het meest en welke minder?
Slide 18 - Slide
Geef de studenten de opdracht om hun interactie met anderen te analyseren met behulp van de Roos van Leary. Laat ze noteren welke interactiestijlen ze het meest gebruiken en welke minder.
Verbeter jouw interactie
Gebruik de Roos van Leary om jouw interactie met anderen te verbeteren. Hoe kun je jouw interactiestijl aanpassen om beter te communiceren met anderen?
Slide 19 - Slide
Geef de studenten de opdracht om hun interactie met anderen te verbeteren met behulp van de Roos van Leary. Laat ze noteren hoe ze hun interactiestijl kunnen aanpassen om beter te communiceren met anderen.
Oefenen
Oefen jouw nieuwe interactiestijl in verschillende situaties. Merk je verschil in de manier waarop anderen op jou reageren?
Slide 20 - Slide
Geef de studenten de opdracht om hun nieuwe interactiestijl uit te proberen in verschillende situaties. Laat ze noteren hoe anderen op hen reageren en of ze verschil merken.
Reflectie
Reflecteer op jouw interactiestijl en hoe je deze in de toekomst kunt blijven verbeteren. Wat heb je geleerd van deze les?
Slide 21 - Slide
Laat de studenten reflecteren op hun interactiestijl en hoe ze deze in de toekomst kunnen blijven verbeteren. Vraag hen wat ze hebben geleerd van deze les en laat ze hun antwoorden noteren.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 22 - Open question
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 23 - Open question
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 24 - Open question
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.