Klimaten in Spanje

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 4

Uitleg

In deze stilteopdracht krijg je 

examenvragen over de leerstof 

van vorige week. 

Je beantwoord deze vragen in stilte

Je kan eerst de leerstof van paragraaf 2.1 terug kijken

Welk klimaat heeft het midden van Spanje? (geel)

1. Middellandse Zeeklimaat
2. Steppeklimaat
3. Landklimaat
4. Gematigd Zeeklimaat

Welk klimaat heeft het zuiden van Spanje? (donkergroen)

1. Middellandse Zeeklimaat
2. Steppeklimaat
3. Landklimaat
4. Gematigd Zeeklimaat

Welk klimaat heeft Spanje niet?

1. Gematigd zeeklimaat
2. Middellands zeeklimaat
3. Steppeklimaat
4. Tropisch regenwoudklimaat

Het klimaat in Spanje is anders dan het klimaat in Nederland.

1. waar
2. niet waar

Klik op de afbeelding om in te zoomen.

Spanje heeft meerdere klimaatgebieden. In de afbeelding zijn de klimaatgebieden van Spanje aangeduid met de letters P, Q, R en S. 

Een van deze klimaatgebieden heeft hetzelfde klimaat als Nederland.

Welk klimaatgebied heeft hetzelfde klimaat als Nederland? 

1. klimaatgebied P
2. klimaatgebied Q
3. klimaatgebied R
4. klimaatgebied S

Welk klimaat heeft het noorden van Spanje? (lichtgroen)

1. Middellandse Zeeklimaat
2. Steppeklimaat
3. Landklimaat
4. Gematigd Zeeklimaat

Welk klimaat heeft het zuiden van Spanje? (oranje)

1. Middellandse Zeeklimaat
2. Steppeklimaat
3. Landklimaat
4. Gematigd Zeeklimaat

Slepen maar!

Hogedruk gebied

Lage drukgebied

Droog weer

Bewolkt

Lucht stijgt op

Lucht daalt

Onder de 1000 Hpa

Bovenr de 1000 Hpa

Juist of onjuist? Sleep de uitspraak naar de juiste cirkel! 

Juist

Onjuist

Lucht waait van een hogedruk gebied naar een laag drukgebied

4. Bekijk weerkaart 2 in bron 3.

Over deze weerkaart worden twee uitspraken gedaan.  

→ Geef aan of de uitspraak juist of onjuist is. 

Juist

Onjuist

Uitspraak 1: boven Spanje is het onbewolkt of licht bewolkt. 

Uitspraak 2: in het hogedrukgebied boven Spanje stijgt de lucht op. 

Opmerking

Het scorepunt alleen toekennen bij twee juiste antwoorden.

Wat hoort waar bij. Sleep de zinnen naar de juiste afbeelding.

lagedrukgebied

hogedrukgebied

weinig neerslag

veel neerslag

stijgende lucht

dalende lucht