H4 herhalingsquiz

A
B
C
A        = hoeveel korting je in procenten krijgt

B        = totale aantal euro's

C        = hoeveel korting je in euro's krijgt
A
B
C
1 / 15
next
Slide 1: Drag question
WiskundeMiddelbare schoolvmbo k, mavoLeerjaar 2

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

A
B
C
A        = hoeveel korting je in procenten krijgt

B        = totale aantal euro's

C        = hoeveel korting je in euro's krijgt
A
B
C

Slide 1 - Drag question

Je kunt breuken omzetten in percentages

Welk percentage hoort bij de breuk 17/20?
A
17%
B
17,20%
C
68%
D
85%

Slide 2 - Quiz

Emma koopt een jurk van € 139,95. Ze krijgt bij het afrekenen 35% korting. Hoeveel procent moet Emma betalen?
A
35%
B
55%
C
45%
D
65%

Slide 3 - Quiz

Op de donuts van €3,00 krijg je 20% korting.
Hoeveel procent moet je betalen?
A
20%
B
80%
C
100%
D
120%

Slide 4 - Quiz

Een camera kost €428,-. Je krijgt 27% korting. Hoeveel procent moet je betalen?
A
€115,56
B
27%
C
73%
D
€312,44

Slide 5 - Quiz

Een zak chips kost € 1,09 zonder 9% btw.
Hoeveel procent moet je betalen inclusief BTW?
A
100%
B
91%
C
109%
D
9%

Slide 6 - Quiz


Prijs inclusief BTW:
A
meer dan 100%
B
minder dan 100%
C
100%

Slide 7 - Quiz

Aantal
%
In het jaar 2023 gaat een tv €995,- kosten. Dit is 3% meer dan in 2022. Hoeveel kost de tv nu nog?
995
1
--
100
103
antwoord
B
C
D
E
F
A
97

Slide 8 - Drag question

Aantal
%
De prijs van een TV is €995,- inclusief 19% BTW. Wat is de prijs exclusief BTW?
995
1
--
100
119
antwoord
B
C
D
E
F
A
81

Slide 9 - Drag question

Volgend jaar stijgen de prijzen van benzine met 12 procent.
Wat is de factor?
A
1,12
B
0,112
C
112
D
1,012

Slide 10 - Quiz

Met welke factor kan ik de oude prijs vermenigvuldigen als er van de oude prijs 25 procent korting afgaat
A
0,25
B
1,25
C
-0,25
D
0,75

Slide 11 - Quiz

Volgend jaar stijgen de prijzen van kleding met 2,5 procent.
Wat is de factor?
A
125
B
12,5
C
1,025
D
1,25

Slide 12 - Quiz

Hoeveel procent komt erbij als je met de factor 1,35 vermenigvuldigt?
A
65%
B
0,35 %
C
35 %
D
0, 65 %

Slide 13 - Quiz

Hoeveel procent komt erbij of gaat eraf met een factor van 0,93?
A
93% erbij
B
93% eraf
C
7% erbij
D
7% eraf

Slide 14 - Quiz

een iPhone wordt 13% duurder
  
een spijkerbroek wordt 13% goedkoper
factor = 0,13
factor = 1,13
factor = 0,87

Slide 15 - Drag question