herhaling

1 / 43
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo k, mavoLeerjaar 2

This lesson contains 43 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

A
B
C
A        = hoeveel korting je in procenten krijgt

B        = totale aantal euro's

C        = hoeveel korting je in euro's krijgt
A
B
C

Slide 3 - Drag question

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Je kunt breuken omzetten in percentages

Welk percentage hoort bij de breuk 17/20?
A
17%
B
17,20%
C
68%
D
85%

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Emma koopt een jurk van € 139,95. Ze krijgt bij het afrekenen 35% korting. Hoeveel procent moet Emma betalen?
A
35%
B
55%
C
45%
D
65%

Slide 11 - Quiz

Op de donuts van €3,00 krijg je 20% korting.
Hoeveel procent moet je betalen?
A
20%
B
80%
C
100%
D
120%

Slide 12 - Quiz

Een camera kost €428,-. Je krijgt 27% korting. Hoeveel procent moet je betalen?
A
€115,56
B
27%
C
73%
D
€312,44

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Een zak chips kost € 1,09 zonder 9% btw.
Hoeveel procent moet je betalen inclusief BTW?
A
100%
B
91%
C
109%
D
9%

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide


Prijs inclusief BTW:
A
meer dan 100%
B
minder dan 100%
C
100%

Slide 21 - Quiz

Aantal
%
In het jaar 2023 gaat een tv €995,- kosten. Dit is 3% meer dan in 2022. Hoeveel kost de tv nu nog?
995
1
--
100
103
antwoord
B
C
D
E
F
A
97

Slide 22 - Drag question

Aantal
%
De prijs van een TV is €995,- inclusief 19% BTW. Wat is de prijs exclusief BTW?
995
1
--
100
119
antwoord
B
C
D
E
F
A
81

Slide 23 - Drag question

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Volgend jaar stijgen de prijzen van benzine met 12 procent.
Wat is de factor?
A
1,12
B
0,112
C
112
D
1,012

Slide 26 - Quiz

Met welke factor kan ik de oude prijs vermenigvuldigen als er van de oude prijs 25 procent korting afgaat
A
0,25
B
1,25
C
-0,25
D
0,75

Slide 27 - Quiz

Volgend jaar stijgen de prijzen van kleding met 2,5 procent.
Wat is de factor?
A
125
B
12,5
C
1,025
D
1,25

Slide 28 - Quiz

Hoeveel procent komt erbij als je met de factor 1,35 vermenigvuldigt?
A
65%
B
0,35 %
C
35 %
D
0, 65 %

Slide 29 - Quiz

Hoeveel procent komt erbij of gaat eraf met een factor van 0,93?
A
93% erbij
B
93% eraf
C
7% erbij
D
7% eraf

Slide 30 - Quiz

een iPhone wordt 13% duurder
  
een spijkerbroek wordt 13% goedkoper
factor = 0,13
factor = 1,13
factor = 0,87

Slide 31 - Drag question

Ga in de volgende groepjes zitten: 
Renske van Geffen
Joshua Correia
Jordy Jans
Mila Kempen
 Mellody Voeten
 Bas Jans
 Emilia Vink
 Ashley Hendriks
 

Sara Reffeltrath
Finn van Kempen
Niek Verhaaren
Bastiaan Rodenburg
Mart Kersten

Diego Dijt
Thomas van Thiel
Semm Weideveld
Eva Weijers
Hugo Spijkers

Melanie Platenburg
Yfke Kuipers
Pim Geurts
Jaimy Megens
Mats Meyers

Slide 32 - Slide

Groepsopdracht: 
Dit hoofdstuk bestaat uit 6 paragrafen.
Per paragraaf staat de theorie op een blaadje (A-4).
  • Plak linksboven in de hoek van het A-3 blad de theorie.
  • Doe dit met alle 6 de paragrafen.
  • Zoek uit welke opdracht(en) bij welke theorie horen?
  • Heb je ze goed dan plak je ze op de A-3 bladen bij de juiste theorie.
  • Maak daarna één opdracht van die paragraaf.
Heel veel succes!!!

Slide 33 - Slide

Resultaten groepsopdracht:
Telefoons in de telefoontas!
Geen laptop nodig!
Wiskunde boek en schrift wel alvast op tafel leggen!

Slide 34 - Slide

Theorie
Soort opdracht

Slide 35 - Slide

Theorie
Soort opdracht

Slide 36 - Slide

Theorie
Soort opdracht

Slide 37 - Slide

Theorie
Soort opdracht

Slide 38 - Slide

Theorie
Opdracht

Slide 39 - Slide

Theorie
Opdracht

Slide 40 - Slide

Theorie
Opdracht
Bij een actie wordt op elk artikel 28% korting gegeven.
 a Met welke factor kun je de korting berekenen?
 b Met welke factor kun je de nieuwe prijs berekenen?
 c Kane koopt tijdens de actie een lounge set van €670,-.
  Bereken hoeveel Kane moet betalen.
 d Hij koopt ook een tuintafel. De korting is € 245,-.
  Bereken hoeveel hij moet betalen.

Slide 41 - Slide

Meer dan 100%
Terug naar 100%

Slide 42 - Slide

Meer dan 100%
Terug naar 100%

Slide 43 - Slide