delen met rest

15 : 3 = ?

(tip: ? x 3 = 15)
A
3
B
4
C
5
D
6
1 / 11
next
Slide 1: Quiz
RekenenBasisschoolGroep 5

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

15 : 3 = ?

(tip: ? x 3 = 15)
A
3
B
4
C
5
D
6

Slide 1 - Quiz

25 : 5 = ?

(tip: ? x 5 = 25)
A
4
B
5
C
6
D
7

Slide 2 - Quiz

81 : 9 = ?

(tip: ? x 9 = 81)
A
6
B
5
C
8
D
9

Slide 3 - Quiz

Hoe vaak kan een vol treintje rijden? Hoeveel mensen houd ik over?
Stap 1:  wat is de som? 20 : 8 = ..  rest  ..
Stap 2:  wat is het grootste getal van de tafel van 8
dat in het getal 20 past? .. : 8 = .. rest ..
Stap 3: Nu kun je de rest uitrekenen. Je moest
20 mensen vervoeren. Je hebt er 16 vervoert.
4 mensen kunnen dus niet mee. Dus de rest is 4.

Slide 4 - Slide

Hoe vaak kan een vol treintje rijden? Hoeveel mensen houd ik over?
Stap 1:  wat is de som? 20 : 8 = ..  rest  ..
Stap 2:  wat is het grootste getal van de tafel van 8
dat in het getal 20 past? 16 : 8 = 2 rest ....
Stap 3: Nu kun je de rest uitrekenen. Je moest
20 mensen vervoeren. Je hebt er 16 vervoert.
4 mensen kunnen dus niet mee. Dus de rest is 4.

Slide 5 - Slide

samen

Slide 6 - Slide




1) zit 42 in de tafel van 4
2) welk getal ligt er vlakbij 42 dat wel in de tafel van 4 zit, maar kleiner is dan 42?
42 : 4 = .. rest ..
A
10 rest 2
B
40 rest 2
C
36 rest 6
D
12 rest 0

Slide 7 - Quiz




1) zit 42 in de tafel van 2
2) welk getal ligt er vlakbij 13 dat wel in de tafel van 2 zit, maar kleiner is dan 13?
13 : 2 = .. rest ..
A
10 rest 2
B
40 rest 2
C
36 rest 6
D
12 rest 0

Slide 8 - Quiz




19:4 = .. rest ..
A
3 rest 2
B
5 rest 1
C
19 rest 4
D
4 rest 3

Slide 9 - Quiz




27:5 = .. rest ..
A
2 rest 5
B
4 rest 7
C
5 rest 2
D
4 rest 3

Slide 10 - Quiz




31:3 = .. rest ..
A
12 rest 5
B
10 rest 1
C
3 rest 11
D
10 rest 3

Slide 11 - Quiz