10.2 Zure en basische oplossingen

zuren en basen
1 / 29
next
Slide 1: Mind map
ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

zuren en basen

Slide 1 - Mind map

H10.2 Zure en basische oplossingen

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
Je leert:
verschillende zuren
zuren herkennen

Slide 3 - Slide

Een zuur heeft altijd een H+
zuren hebben altijd waterstof-atomen.
als ze vrij komen ontstaan er dus waterstof-ionen (H+)
2 waterstofionen kunnen weer waterstofgas H2 (g) vormen
(dit is knalgas)
dit kan je opvangen in een reageerbuis op zijn kop.
als je er een vlammetje bijhoudt geeft het een knal.

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

een zuur is een stof die
H+-ionen afstaat.

De formule van een zuur begint altijd met H

Slide 6 - Slide

namen en formules zuren, leren!!

Slide 7 - Slide

Oplosvergelijking van een zuur
het oplossen van waterstofchloride:
HCl (l) --> H+(aq) + Cl-(aq)

dit opgeloste zuur noem je zoutzuur, zie tabel 42 binas

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Oplosvergelijking van een zuur
het oplossen van zwavelzuur:
H2SO4 (l) --> 2H+(aq) + SO4-(aq)

dit opgeloste zuur noem je verdund zwavelzuur

Slide 10 - Slide

Zuurrestion
Het negatieve ion wat ontstaat noem het je zuurrestion.
dit zijn vaak de negatieve ionen die je ook geleerd hebt bij de zouten.

Slide 11 - Slide

Eigenschappen van zuren
  • zure smaak
  • pH is lager dan 7
  • bijtend
  • kleuren een indicator
  • geleiden stroom (bevatten ionen)
  • positieve ionen zijn altijd H+-ionen
  • tasten onedele metalen aan
  • tasten kalksteen en beton aan

Slide 12 - Slide

Welke stof is een zuur?

A
azijn
B
soda
C
gootsteenontstopper
D
water

Slide 13 - Quiz

Met een zuur schoonmaakmiddel kan ik?
A
vet verwijderen
B
de vaat wassen
C
ramen lappen
D
kalk verwijderen

Slide 14 - Quiz

Welk van de onderstaande schoonmaakmiddelen is een zuur schoonmaakmiddel?
A
Groene zeep
B
Ammonia
C
Gootsteenontstopper
D
wc ontkalker

Slide 15 - Quiz

Welke pH hebben zuren?
A
0-7
B
7
C
7-14

Slide 16 - Quiz

Zuren zijn
A
metalen
B
moleculaire stoffen
C
zouten

Slide 17 - Quiz

Wat is de zuurgraad (pH) van water
A
0
B
7
C
10
D
14

Slide 18 - Quiz

wat zijn basen??

Slide 19 - Slide

Een base kan H+ ionen binden

weet je nog : Zuren splitsen H+ ionen af


Slide 20 - Slide

Belangrijke basische deeltjes, blz 77
naam
formule
ammoniak
NH3
hydroxide ion
OH-
oxide ion
O2-
carbonaat ion
CO32-

Slide 21 - Slide

3 bekende basische oplossingen
natronloog:  NaOH (s) --> Na+ (aq) + OH(aq)
kalkwater:  Ca(OH)2 (s) -->  Ca2+ (aq) + 2 OH- (aq)
ammonia: NH3 (aq)

Slide 22 - Slide

Triviale naam/rationale naam
rationale naam base
triviale naam base
formule
ammoniak
ammonia
NH3 (aq)
calciumhydroxide
kalkwater
Ca2+ (aq) + 2OH- (aq)
natriumhydroxide
natronloog
Na+ (aq) + OH- (aq)

Slide 23 - Slide

Eigenschappen basische oplossing
  • Hoe meer OH- hoe hoger de pH 
  • Bij verdunnen nooit lager dan pH=7

Slide 24 - Slide

Eigenschappen van basen

  1. Smaken zeepachtig 
  2. voelen glibberig aan
  3. lossen vetachtig vuil op
  4. pH>7
  5. basen kleuren een indicator
  6. ze irriteren de huid
  7. sterke basen hebben bijtende werking

Slide 25 - Slide

Hoe kun je een base herkennen?

Slide 26 - Open question

Noem eens 2 basen en hun oplossing

Slide 27 - Open question

Aan het werk
  • lees blz 75 en 76 door
  • maak opgave 31 t/m 61
  • dit mag samen
  • vragen? lees je boek, vraag je buurman/buurvrouw, vraag mij
  • we kijken de volgende les na
  • klaar? lees 10.3

Slide 28 - Slide

zuren en basen

Slide 29 - Mind map