This lesson contains 49 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
PKPD en TDM van vancomycine
Reinier van Hest
23 januari 2025
Slide 1 - Slide
Een neutropene patiënt (m, 67 j, 73 kg, eGFR 91, temp 38.8 C), hemodynamisch instabiel, moet starten met oa vancomycine. Welke doseringsregime adviseer je?
A
2dd 1000 mg
B
3dd 1000 mg
C
Oplaad 25 mg/kg, daarna 3dd 1000 mg
D
Oplaad 15 mg/kg, daarna 40 mg/kg/24 h
Slide 2 - Quiz
Slide 3 - Slide
PKPD vancomycine: effectiviteit
Targets:
AUC0-24 / MIC > 400 (=AUC0-24 > 400 bij MIC van 1 mg/l of kleiner)
Cmin als surrogaat voor AUC0-24: 10 - 20 mg/l
Slide 4 - Slide
Wat is het vancomcyine TDM target in het Amsterdam UMC?
Slide 5 - Open question
PKPD vancomycine: effectiviteit
Targets:
AUC0-24 / MIC > 400 (= AUC0-24 van 400 bij MIC van 1 mg/l of kleiner)
Voorheen: Cmin als surrogaat voor AUC0-24: 10 - 20 mg/l
Tegenwoordig: berekenen AUC0-24 mbv populatie PK modellen (Bayesiaans schatten) of 1e orde PK formules
Slide 6 - Slide
Een neutropene patiënt (m, 67 j, 73 kg, eGFR 91, temp 38.8 C), hemodynamisch instabiel, start met een oplaad vancomycine van 25 mg/kg gevolgd door 3dd 1000 mg. Welke spiegel adviseer je?
A
Dalspiegel na de oplaaddosering
B
Dalspiegel voor de 3e vancomycine gift
C
Midspiegel na de oplaaddosering
D
Midspiegel na de 3e vancomycine gift
Slide 7 - Quiz
PKPD vancomycine: effectiviteit
Targets (Rybak M. et al AmJHealthSystPharm2020):
AUC0-24 / MIC > 400
Berekenen AUC0-24mbv 1 (bv Cmid of Cmin) of 2 (Cmin+Cmax) monsters en Bayesiaans schatten of 1e orde PK formules
Monster(s) af te nemen binnen 48 h na start; na 1e gift bij eGFR<50 ml/min
NB Target gebaseerd op evidence mbt MRSA
Slide 8 - Slide
De patiënt (m, 67 j, 73 kg, eGFR 91) met koorts bij neutropenie blijkt een bacteremie met Staph. epidermidis te hebben, MIC is 2 mg/l. Stelling: de dosis moet verhoogd worden richting een AUC van 800, bv dmv 2000 mg 3dd; risico op nefrotoxiciteit is er pas bij AUC’s groter dan 800
A
Waar
B
Niet waar
Slide 9 - Quiz
PKPD vancomycine: toxiciteit
Evidence grens mbt nefrotoxiciteit: Cmin: >15 mg/L1 a 20 mg/L2 AUC0-24: >600 a 800 mg*h/L3,4 Css: >30 mg/L5
Bij de neutropene patiënt is na een oplaad van 25 mg/kg om 17.00u gestart met 3dd 1000 mg. De volgende dag wordt om 06.00u een spiegel geprikt. Die blijkt 18 mg/L. De arts-assistent vraagt je bij het MDO om advies. Wat zeg je?
A
Verhoog de dosering, bv 1250 mg 3dd
B
Verlaag de dosering, bv 1250 mg 2dd
C
Handhaaf de dosering
D
Bel de ziekenhuisapotheek
Slide 27 - Quiz
Slide 28 - Slide
TDM van vancomycine
Spiegels bij intermitterende toediening zijn niet "los" te interpreteren, ook niet als het wel een echte dalspiegel is, en moeten worden omgerekend naar AUC0-24
Voordelen: automatisch wordt rekening gehouden met steady-state en toedien- en afnametijdstippen
Nadeel: "wel een hoop ingewikkeld gedoe. Levert dat klinisch iets op?"
Slide 29 - Slide
Slide 30 - Slide
Slide 31 - Slide
Conclusie meta-analyse(s)
"Compared to Cmin doing strategies, AUC0-24 guided dosing strategies is associated with a reduced incidence of AKI (...). The certainty remains low due to low quality of included studies"
Veel geïncludeerde studies gebruiken Cmin target 15-20 mg/L. Zou een Cmin target 10-15 mg/L een redelijk alternatief zijn voor AUC guided dosing?
Slide 32 - Slide
Slide 33 - Slide
Patiënt moet naar huis met iv vancomycine. Hij is mbv TDM ingesteld op 2dd 1250 mg. In de thuissituatie wordt gestart met continue toediening 2500 mg/24 h. De spiegel blijkt, 24 uur na omzetten van intermitterend naar continu, 21.5 mg/l Stelling: Dit is een adequate therapie voor deze patiënt
A
Waar
B
Niet waar
Slide 34 - Quiz
Slide 35 - Slide
PKPD Vancomycine: intermitterend vs continu
Target bij continu iv: Css= 17 - 25 mg/l Css = AUC0-24 / dosisinterval -> 400 / 24 =17 mg/l of in de casus: 21.5 mg/L = AUC0-24 / 24 uur -> AUC0-24 = 516 mg*h/L
Geen verschil in effectiviteit (continu mogelijk minder nefrotoxisch)
Voordelen continu iv: - target wordt eerder bereikt, - makkelijker voor thuistoediening - makkelijker voor TDM (81% van de Cmin bij intermitterend is >1 h voor een nieuwe gift afgenomen, 61% >2 h [Neely AAC2014])
Slide 37 - Slide
Een andere patiënt (m, 68 j, 73 kg, eGFR 41) op de verpleegafdeling start met iv vancomycine: 20 mg/kg/dag continu iv. De oplaaddosis is men vergeten. De dag na start is de spiegel 14.9 mg/L. Wat denk je?
A
De dosis moet omlaag, bv naar 15 mg/kg/dag
B
Dosering van 20 mg/kg/dag handhaven
C
De dosis moet omhoog, bv naar 25 mg/kg/dag
D
Bel de ziekenhuisapotheek
Slide 38 - Quiz
Slide 39 - Slide
Continue infusie vancomycine
Gebruik bij continue infusie het target Css= 17 - 25 mg/L ALLEEN als je zeker weet dat er steady-state is
Slide 40 - Slide
Een patiënt op de ICV is ingesteld op vancomycine ivm verdenking lijnsepsis met een oplaad van 25 mg/kg en 3dd 1000 mg. Echter raakt de patient steeds meer overvuld. Stelling: door sterk positieve vochtbalans moet de dosis worden opgehoogd.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 41 - Quiz
Slide 42 - Slide
Slide 43 - Slide
Een patiënt op de ICV is ingesteld op vancomycine ivm verdenking lijnsepsis met een oplaad van 25 mg/kg en 3dd 1000 mg. Echter raakt de patiënt steeds meer overvuld en is het kreat in 24h gestegen van 82 naar 160 umol/l. Stelling: door beide observaties moet de dosis worden verlaagd.