This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 40 min
Items in this lesson
Buenos días
* corregir los deberes
* repetir la familia
* bezittelijk vnw.
Jueves, 22 de abril
Slide 1 - Slide
Aan het einde van deze les
Ken ik de namen van de familieleden
Weet ik de vervoeging van de werkwoorden: ser, tener, llamarse
Weet ik hoe het bezittelijk
vnw. in het Spaans gevormd wordt.
Slide 2 - Slide
Verslaglegger van W1B
Maak tijdens de les 3 vragen die je klasgenoten aan het einde van de les moeten beantwoorden.
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
hija
marido
nieto
madre
abuelo
abuelos
las hijas
los hijos
los hermanos
la hermana
los nietos
la nieta
los nietos
Slide 7 - Slide
Lola
Ana
Carlos
Juan
Emilia
Paco
Gloria
Slide 8 - Slide
llamarse
yo
tú
él,ella,ud.
nosotros,as
vosotros,as
ellos, ellas, uds.
me llamo
te llamas
se llama
nos llamamos
os llamáis
se llaman
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Een gevorderde opdracht!
Lukt het jou om het juiste werkwoord te kiezen
en ook nog eens goed te vervoegen?
Slide 11 - Slide
Vamos a escuchar
LA: pág. 54, ej. 3
Leerdoel: familieleden
Slide 12 - Slide
Bezittelijk vnw.
Wat is een bezittelijk vnw in het Nederlands?
Een woord wat het bezit aangeeft: mijn, jouw, zijn, haar etc.
Slide 13 - Slide
Bezittelijk vnw.
mijn
jouw
zijn/haar/uw
ons/onze
jullie
hun/uw
mi
tu
su
nuestro
vuestro
su
mi
tu
su
nuestra
vuestra
su
mis
tus
sus
nuestros
vuestros
sus
mis
tus
sus
nuestras
vuestras
sus
enkelvoud
meervoud
mnl.
mnl.
vr.
vr.
Slide 14 - Slide
Bezittelijk vnw.
Het bezittelijk vnw. richt zich in het Spaans naar het bezit en niet naar de bezitter zoals in het Nederlands.
Is het bezit meervoud, dan wordt het bezittelijk vnw. ook meervoud. Bij nuestro/vuestro heb je ook nog een vrouwelijke vorm --> nuestra/vuestra.
Kijk naar het woord wat erachter staat. Is dat meervoud, dan wordt het bez. vnw. ook meervoud. Is het vrouwelijk dan verandert nuestro/vuestro in nuestra/vuestra