3.5 Hoofdletters en vd en td

1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Deze week leer je..
- Leer je wanneer je hoofdletters gebruikt en wanneer niet.
- Herhaal je de persoonsvorm, het voltooid deelwoord en het tegenwoordig deelwoord.
- Herhaal je de meervouds -n bij verwijzingen.

Slide 2 - Slide

Deze week maak je van 3.5..
Opdr. 4, 6, 7, 8, 9 (online)
Extra spelling: 1, 3, 4, 5, 6, 7 (in je schrift)

Slide 3 - Slide

Hoofdletters
Aan het begin van een zin 
Bij eigennamen 
Bij feestdagen en historische gebeurtenissen.
Aan het begin van een citaat

Slide 4 - Slide

Géén hoofdletter!!
  • Als je zin begint met een cijfer -                      11 leerlingen zijn online..
  • Als je zin begint met een apostrof -               's Morgens ... 
  • Bij afleidingen van feestdagen -                      Met kerst zoeken we geen paaseieren
  • De windstreken                                                        De wind komt de hele dag uit het noorden.
  • mevrouw Van Dijk - Tineke van Dijk - T. van Dijk
  • Merknamen met een eigen schrijfwijze -    Ik heb mijn iPad vergeten.

Slide 5 - Slide

Voltooid en tegenwoordig deelwoord
Voltooid deelwoord: eindigt vaak op 'd of 't 
gebruik het x-kofschip.
Tegenwoordig deelwoord: Hele werkwoord + d

Slide 6 - Slide

etend
A
tegenwoordig deelwoord
B
voltooid deelwoord

Slide 7 - Quiz

gegeten
A
tegenwoordig deelwoord
B
voltooid deelwoord

Slide 8 - Quiz

gekust
A
tegenwoordig deelwoord
B
voltooid deelwoord

Slide 9 - Quiz

snoepend
A
tegenwoordig deelwoord
B
voltooid deelwoord

Slide 10 - Quiz

zittend
A
tegenwoordig deelwoord
B
voltooid deelwoord

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Link