Taal Leenwoorden

Leenwoorden
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 4

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Leenwoorden

Slide 1 - Slide

Wat gaan we vandaag doen?

Wat zijn leenwoorden? 
Uit welke talen komen onze leenwoorden?



Slide 2 - Slide

Leenwoorden
In de straattaal zien we veel nieuwe woorden, maar ook veel woorden die we uit andere talen halen. We noemen die woorden leenwoorden.

Leenwoorden zijn woorden die we lenen uit een andere taal of land.

Slide 3 - Slide

0

Slide 4 - Video

Welke woorden uit het
Engels gebruiken wij?

Slide 5 - Mind map

Voorbeelden
Engels: computer, corner, e-mail, keeper, laptop, mountainbike, playbacken 
  • Frans: ambulance, ballon, bureau, café, chauffeur, humeur, interieur, portemonnee, surprise, type, visite 
  • Duits: schnitzel, schwalbe, überhaupt, zeppelin 
  • Latijn: agenda, datum, museum, professor 

Slide 6 - Slide

Uit welke taal hebben wij het woord 'Humor' geleend?
A
Duits
B
Pools
C
Frans
D
Engels

Slide 7 - Quiz

Wat is het meest uitgeleende Nederlandse woord en komt terug in 57 andere talen?
A
Boot
B
Baas
C
Aardappel
D
Tulp

Slide 8 - Quiz

Uit welke taal hebben wij het woord 'Robot' geleend?
A
Tsjechisch
B
Duits
C
Amerikaans
D
Russisch

Slide 9 - Quiz

Leenwoorden komen altijd uit het Engels
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quiz

Uit welke taal is knäckebröt een leenwoord?
A
Pools
B
Deens
C
Duits
D
Zweeds

Slide 11 - Quiz

Het woord 'ambulance' is een leenwoord en komt uit het
A
Duits
B
Engels
C
Frans
D
Arabisch

Slide 12 - Quiz

Welk woord is een leenwoord?
A
prullenbak
B
centrum
C
taal
D
dragen

Slide 13 - Quiz

Welk woord is een leenwoord?

A
appel
B
computer
C
jas
D
tafel

Slide 14 - Quiz

Welk woord is en leenwoord?

A
toetje
B
cadeau
C
vlieg
D
vijgen

Slide 15 - Quiz

Welk woord is goed gespeld
A
bodiewarmer
B
boddywarmer
C
bodywarmer
D
bodiwarmer

Slide 16 - Quiz

Welk woord is goed gespeld?
A
kamping
B
camping
C
cemping
D
kemping

Slide 17 - Quiz

Welk woord is fout geschreven
A
barbeque
B
disign
C
bodywarmer
D
weekend

Slide 18 - Quiz

Je gaat nu aan de slag met leenwoorden op Junior Einstein
Weektaak week 3

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video