3H Quiz Fouten met verwijswoorden (p.214-p.215)

Fouten met verwijswoorden
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Fouten met verwijswoorden

Slide 1 - Slide

Instructie:
In de les vind je de opdrachten op p. 214-215 van Nieuw Nederlands. 
Klik na het beantwoorden van een vraag steeds op 'Bewaren', anders ben je je antwoorden kwijt.

Slide 2 - Slide

Opdracht 5 (p. 214)
Vul het juiste voornaamwoord in. 

Slide 3 - Slide

1. Na de omwenteling kon de Libische bevolking eindelijk middels verkiezingen ... stem laten horen.
A
Zijn
B
Haar
C
Het
D
Zij

Slide 4 - Quiz

2. Zo'n groot bedrijf zal voor ... werknemers toch wel een goede afvloeiingsregeling hebben; of heeft ... nooit over dat soort voorzieningen nagedacht?
A
haar, zij
B
hen, hij
C
zijn, het
D
zijn, zij

Slide 5 - Quiz

3. Friesland heeft ... grote meren, Emmeloord ... Poldertoren en deze Noord-Hollands vesting heeft ... zeventiende-eeuwse verdedigingswerken om toeristen aan te trekken.
A
Hem, zijn, zijn
B
Haar, haar, zijn
C
Haar, hem, het
D
Zijn, zijn, haar

Slide 6 - Quiz

4. Onze bibliotheek gaat al ... leden voorzien van een chipkaart, waarmee ze maandelijks tien uur gratis kunnen internetten.
A
Haar
B
Zijn
C
Hem
D
Het

Slide 7 - Quiz

Opdracht 6 (p. 214)
Kiest steeds het juiste verwijswoord. 

Slide 8 - Slide

1. Heeft de arts ... niet verteld dat ... in de tropen veel risico lopen op besmettelijke ziekten?
A
hen , ze
B
hun, hun
C
hen, hun
D
hun, ze

Slide 9 - Quiz

2. Misschien moet je maar aan ... vragen of ... je na het feest naar het station kunnen brengen.
A
hun, hun
B
hun, ze
C
hen, ze
D
hen, hen

Slide 10 - Quiz

3. Vroeg of laat zal een van ... met de waarheid voor de dag moeten komen.
A
Hun
B
Hen
C
Ze
D
Zij

Slide 11 - Quiz

4. Toen ... hem om een extra verlofdag vroegen, zei de rector tegen ... dat hij daar geen mogelijkheden voor zag.
A
Hun, hun
B
Zij, hen
C
zij, zij
D
zij, hun

Slide 12 - Quiz

Opdracht 7 (p.215)
Vul ook hier steeds het goede verwijswoord in. 

Slide 13 - Slide

1. In dat huis zouden we nog wel willen wonen, maar... hier vinden we afzichtelijk.
A
Dat
B
Wat
C
Dit
D
Die

Slide 14 - Quiz

2. De aannemer had voor de verbouwing de verkeerde kozijnen besteld, ... hem op een flinke kostenpost kwam te staan.
A
Deze
B
Dat
C
Dit
D
Wat

Slide 15 - Quiz

3. Het oude handschrift... daar tentoongesteld is, beschrijft het verhaal van ridder Walewijn en het zwevende schaakbord.
A
Dat
B
Die
C
Wat
D
Wie

Slide 16 - Quiz

4. Een voorzitter over ... zoveel mensen klagen, kan beter opstappen en zijn positie ter beschikking stellen.
A
Wat
B
Die
C
Wie
D
Dat

Slide 17 - Quiz

Opdracht 8 (p.215)
Vul steeds weer het goede verwijswoord in op de open plek(ken). 

Slide 18 - Slide

1. Elise heeft de jongen ... ze prachtige cd's cadeau kreeg, hartelijk bedankt.
A
Waaraan
B
Aan wie
C
Van wie
D
Wie

Slide 19 - Quiz

2. Heb je het gereedschap ... je het toilet gerepareerd hebt, bij de GAMMA gekocht of bij de Praxis?
A
Waarmee
B
Waar
C
Waaraan
D
Wat

Slide 20 - Quiz

3. Van de directie mocht Niels het t-shirt ... de tekst 'I'm the devil' stond, op school niet meer dragen.
A
Op wie
B
Waaraan
C
Waar
D
Waarop

Slide 21 - Quiz

4. Als ze de kans kreeg, las Meline stiekem alle sms'jes ... haar vriend antwoord had gegeven.
A
Waarop
B
Waaraan
C
Aan wie
D
Waar

Slide 22 - Quiz