Wanneer gebruik je 'wat' i.p.v. dat (vervolg):
- Als het antecedent (datgene waar 'wat' betrekking op heeft) niet genoemd is:
Wat die man eet, wil ik graag ook.
- Na een zelfstandig gebruikt bijvoeglijk naamwoord, meestal een overtreffende trap, of na een (rang)telwoord:
Ik zál finishen, al is het het laatste wat ik doe.
Het allereerste wat ik doe als ik thuiskom, is de kat aaien.