HV 3 Mein Wortschatz K1 Alltag

Dein Alltag
1 / 27
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Dein Alltag

Slide 1 - Slide

Ich ........... zur Toilette!
Nein, ich .................. noch nicht in die Disko gehen.
Ich ................ sehr gut schwimmen
Ich ............. Eis
darf
muss
kann
mag

Slide 2 - Drag question

Sleep de uitgangen naar de juiste plek
ich
du
er/sie/es/man

wir 
ihr
sie/Sie
spiel
spiel
spiel

spiel
spiel
spiel
-e
-st
-t
-en
-en
-t

Slide 3 - Drag question

ausschlafen
A
vrienden ontmoeten
B
uitslapen
C
uitgaan

Slide 4 - Quiz

Jana spielt manchmal Klavier.

Slide 5 - Open question

Der Alltag

Slide 6 - Open question

manchmal

Slide 7 - Open question

Televisie kijken
A
fernsehen
B
bummeln

Slide 8 - Quiz

de hond uitlaten

Slide 9 - Open question

tanden poetsen

Slide 10 - Open question

ontbijten

Slide 11 - Open question

einen Ausflug machen
A
een uitstapje maken
B
een broodje maken
C
naar school gaan

Slide 12 - Quiz

De afspraak
A
manchmal
B
der Termin
C
der Unterricht

Slide 13 - Quiz

op maandag

Slide 14 - Open question

altijd

Slide 15 - Open question

de hond uitlaten

Slide 16 - Open question

koffie met gebak

Slide 17 - Open question

naar huis gaan/rijden

Slide 18 - Open question

ieder jaar

Slide 19 - Open question

eerst

Slide 20 - Open question

televisie kijken

Slide 21 - Open question

Was machst du am Samstag?

Slide 22 - Open question

Schrijf 3 verschillende zinnen met de werkwoorden: sollen, können, wollen, haben & sein -> VB: Am Sonntag will ich ins Kino gehen.

Slide 23 - Open question

Die Prüfung
Maak de toets. 

Ben je klaar? Wacht even op de rest van de klas..

Ga zelfstandig lezen. 

Slide 24 - Slide

1. der Alltag
2. einen Ausflug machen
3. auftreten
4. Unterricht haben
5. Hausaufgaben machen
6. Freunde treffen
7. bis spät schlafen
8. spazieren gehen
9. nie
10. manchmal
11. ’s morgens

11. koffie met gebak
12. naar huis gaan/rijden
13. iedere week
14. tanden poetsen
15. de afspraak
16. op het internet surfen
17. televisiekijken
18. ontbijten
19. naar bed gaan
20. naar het museum gaan

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Video

Slide 27 - Link