This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Planning van de les
Terugblik naar de leerdoelen van de vorige les
Uitleg leerdoelen deze les
Werken aan je huiswerk en eventuele vragen stellen
Slide 2 - Slide
Leerdoelen van deze les
Paragraaf 2.5: Conclusies trekken
Ik kan verschillen kwantificeren bij nominale variabelen.
Ik kan verschillen kwantificeren bij ordinale variabelen.
Slide 3 - Slide
Doe je laptop open
Slide 4 - Slide
Bij het examenuitje van ee nschool kunnen de leerlingen kiezen tussen zeilen of naar Disneyland Parijs. In de tabel hiernaast zie je wat de leerlingen hebben gekozen. Bereken bij de kruistabel hiernaast met behulp van de phi-coëfficiënt of het verschil in bestemming tussen jongens en meisjes groot, middelmatig of gering is.
Slide 5 - Open question
Bij een vaardigheidstest worden boogschieters verdeeld in twee groepen: Groep 1 had een klein doelwit. Groep 2 had een groot doelwit. De resultaten van het onderzoek zijn verwerkt in de figuur hiernaast. Welke kleur hoort bij het kleine doelwit en waarom?
Slide 6 - Open question
Bij een vaardigheidstest worden boogschieters verdeeld in twee groepen: Groep 1 had een klein doelwit. Groep 2 had een groot doelwit. De resultaten van het onderzoek zijn verwerkt in de figuur hiernaast. Is het verschil tussen de groepen groot, middelmatig of gering?
Slide 7 - Open question
Leerdoel van deze les
Paragraaf 2.5: Conclusies trekken
Ik kan verschillen bepalen bij kwantitatieve variabelen.
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Open question
Bereken de kwartielafstand van het aantal gelezen woorden in groep 8
Slide 10 - Open question
De box is het interval tussen het eerste en derde kwartiel. Overlappen de boxen elkaar als je de boxplot van groep 5 naar dezelfde hoogte als die van groep 8 schuift?
A
Ja, ze overlappen.
B
Nee, ze overlappen niet.
Slide 11 - Quiz
Slide 12 - Slide
Geef aan of je bij de volgende soorten statistische variabelen groepen kunt vergelijken met boxplots.
Dat kan wel
Dat kan niet
Continu
Discreet
Ordinaal
Nominaal
Slide 13 - Drag question
Op school A en B zijn de leerlingen in twee even grote groepen verdeeld. Groep 1 had les met de nieuwe methode bij het vak Frans en groep 2 met de oude lesmethode. De leerlingen hebben dezelfde toets gemaakt. In de tabellen zie je de gemiddeldes en de standaardafwijkingen van de cijfers.
Op welke school heeft de nieuwe methode het meeste effect gehad op de cijfers?
A
School A
B
School B
Slide 14 - Quiz
Slide 15 - Open question
Slide 16 - Slide
Geef aan of je bij de volgende soorten statistische variabelen groepen kunt vergelijken met de effectgrootte.
Dat kan wel
Dat kan niet
Continu
Discreet
Ordinaal
Nominaal
Slide 17 - Drag question
Laptops dicht
Slide 18 - Slide
Huiswerk voor de volgende les:
Zorg dat je de volgende leerdoelen beheerst:
Ik kan verschillen bepalen bij kwantitatieve variabelen.
Maak hiervoor de opgaven 76 t/m 79 van paragraaf 5 van hoofdstuk 2.