Klas 4P is heel goed in keten. Ze vergeten dat ze ook nog huiswerk moeten maken.
Wat betekent het woord KETEN ?
1 / 20
next
Slide 1: Open question
NederlandsMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 4
This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes.
Lesson duration is: 15 min
Items in this lesson
Klas 4P is heel goed in keten. Ze vergeten dat ze ook nog huiswerk moeten maken.
Wat betekent het woord KETEN ?
Slide 1 - Open question
Onze directie ziet nog veel obstakels voordat de school weer open kan.
Wat betekent het woord OBSTAKELS ?
Slide 2 - Open question
Welk woord past in de volgende zin?
Als jij geen tijd hebt, dan kan ik vandaag ..... de boodschappen doen.
A
diverse
B
eventueel
C
passief
D
gecertificeerd
Slide 3 - Quiz
Welk woord past in de volgende zin? Loes vindt het heerlijk om ..... op de bank te liggen en niks te doen.
A
passief
B
eventueel
C
divers
D
gecertificeerd
Slide 4 - Quiz
Welk woord past in de volgende zin? Duurzaam .... koffie wordt in de wereldwinkel veel verkocht
A
passieve
B
eventuele
C
diverse
D
gecertificeerde
Slide 5 - Quiz
Franks vader is een boom van een vent. Wat betekent BOOM VAN EEN VENT ?
A
sterk
B
groot
C
dik
D
stijf
Slide 6 - Quiz
Nagelstudio's schieten als paddenstoelen uit de grond. Wat betekent SCHIETEN ALS PADDENSTOELEN UIT DE GROND ?
A
ze zijn allemaal hetzelfde
B
in korte tijd zijn er meer
C
er zijn er veel van
D
ze zijn er snel
Slide 7 - Quiz
Eufemisme of understatement?
'IK GA EVEN MIJN HANDEN WASSEN', zei Bram terwijl hij de wc in liep met zijn rits al los.
A
eufemisme
B
understatement
Slide 8 - Quiz
Eufemisme of understatement?
De docent verloor de tas met toetsen waardoor we de toets opnieuw moesten maken. DAT WAS BEST VERVELEND.
A
eufemisme
B
understatement
Slide 9 - Quiz
Het beviel ons prima om les te krijgen via de iPad.
Bij welk WOORD in het woordenboek zoek je de betekenis van BEVIEL?
A
beviel
B
bevielen
C
bevallen
D
bevalt
Slide 10 - Quiz
Waylon droeg een hoed die GEDECOREERD was met munten.
Bij welk WOORD in het woordenboek zoek je de betekenis van GEDECOREERD?
A
gedecoreerd
B
decoratie
C
versieren
D
decoreren
Slide 11 - Quiz
Ineens is het huis van de buren leeg; ze zijn met de noorderzon vertrokken. Bij welk WOORD in het woordenboek zoek je de betekenis van MET DE NOORDERZON VERTROKKEN?
A
noorden
B
zon
C
noorderzon
D
vertrokken
Slide 12 - Quiz
Noteer een synoniem voor DOORGAANS
Slide 13 - Open question
Noteer een synoniem voor PAS
Slide 14 - Open question
Noteer 2 betekenissen van het homoniem VORST ?
Slide 15 - Open question
Noteer 2 betekenissen van het homoniem KAS ?
Slide 16 - Open question
Letterlijk of figuurlijk?
Michiel gooide er met de pet naar tijdens de wedstrijd van gisteren.
A
letterlijk
B
figuurlijk
Slide 17 - Quiz
Letterlijk of figuurlijk?
De indeling van de sportdag klopte niet; het regende klachten bij de leiding.
A
letterlijk
B
figuurlijk
Slide 18 - Quiz
Letterlijk of figuurlijk?
Leo gooide met zijn pet naar de hond, toen die wilde spelen.
A
letterlijk
B
figuurlijk
Slide 19 - Quiz
Maak twee zinnen met verschillende betekenissen van het homoniem ARM