Les 2.4 Zorg voor de maaltijden

Zorg voor de maaltijden.
Boodschappen doen en opbergen
HACCP en hygiënisch werken
Eten koken
Tafel dekken en eten
Koffie, thee en tussendoortjes
Afruimen en afwassen



1 / 26
next
Slide 1: Slide
Wonen en HuishoudenMBOStudiejaar 1

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Zorg voor de maaltijden.
Boodschappen doen en opbergen
HACCP en hygiënisch werken
Eten koken
Tafel dekken en eten
Koffie, thee en tussendoortjes
Afruimen en afwassen



Slide 1 - Slide

Even Herhalen

Slide 2 - Slide

Elke dag eet je uit elk vak van de schijf van de 5. Dit is om;
A
varieert in producten
B
de producten eet die je lekker vindt

Slide 3 - Quiz

Welke informatie heb je nodig om te weten of iemand met een fruit-allergie een product kan eten?
A
Bewaarvoorschrift
B
Gewicht
C
Ingrediënten
D
Voedingswaarde tabel

Slide 4 - Quiz

Alle groente en fruit bewaar je in de koelkast.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 5 - Quiz

Verpakte voedingsmiddelen met een TGT datum liggen niet in de koelkast.
A
Waar
B
Niet waar.

Slide 6 - Quiz

Hulpstoffen / Additieven
Toevoegingen om een product langer houdbaar te maken, 
1. Geur-, kleur- en smaakstoffen, maken product aantrekkelijker
2. Conserveermiddelen, langere houdbaarheid
  • Natuurlijke - Zout, Zuur en Suiker
  • Chemisch  -  natriumnitriet, lage pH

Slide 7 - Slide

Hulpstoffen / Additieven
3. Vul- /  Bindmiddelen - tarwemeel, Johannesbroodpitmeel
4. Antioxidanten, tegen verkleuren van het product, citroenzuur
5. Emulgatoren, vermengen vet en water, b.v. melk

Slide 8 - Slide

Schijf van 5
Elk vak  bevat bep. voedingsstoffen
Blauw = vocht
Groen = Vitaminen en mineralen
Geel = Vetten
Paars = Eiwitten
Oranje = Koolhydraten en vezels
Grootte vak geeft hoeveelheid weer

Slide 9 - Slide

HACCP = hygiëne code
H = Hazard 
A =Analyses
C= Critical
C= Control
P= Points

Risico analyse van essentiële beheers punten.

Slide 10 - Slide

HACCP

Elke organisatie waar voedsel wordt bereidt, heeft met de HACCP te maken, b.v. Ziekenhuis, Zorginstelling, School- en Sportkantines, Woongroepen, Horeca, etc.

Slide 11 - Slide

HACCP
Ga naar de site van het Voedingscentrum;

Zoek hygienecode;
hygienecode en veiligheid
Hygienecode website
Woonvormen

Slide 12 - Slide

Aandachtpunten van HACCP
  • Kleding
schone werkkleding, stevige, passende schoenen
  • Persoonlijke hygiëne
haren afgedekt, was je handen regelmatig, kauw tijdens de bereiding niet op eten, geen sieraden, 
  • Werkwijze
raak het eten zo min mogelijk aan, bereid koude gerechten in een andere ruimte dan warme gerechten, voorkom kruisbesmetting.

Slide 13 - Slide

Eten koken
  • Bereidingstechnieken, koken, bakken, stoven, stomen, frituren, bereiden in oven of magnetron
  • Kookapparatuur. gas-,  keramisch-, inductie-kookplaat, oven, magnetron, acti-fry, slow-cooker
  • Gemakkelijk en gezond. recepten op internet, volkoren producten, meerdere groenten, hoeveelheden pp.
  • Betrek cliënten zo mogelijk bij eten koken.

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Koffie, Thee en tussendoortjes
geeft structuur aan de dag,
gezellig moment 
voor voldoende vocht
moment om fruit te serveren

Slide 16 - Slide

Afruimen en afwassen
Met de hand;
  • gebruik wasteiltje, afwasborstel, evt. afdruiprek.
  • vaat voorspoelen
  • was met heet water af,
  • afdrogen met schone theedoek
  • schoon en droog opbergen

Slide 17 - Slide

Welke uitspraak over HACCP is niet juist?
A
HACCP is een werkwijze die waarborgt dat voedsel veilig is.
B
Bij HACCP gaat het om controle achteraf.
C
Gekoelde nagerechten mogen niet warmer zijn dan 7 graden Celsius.
D
Bij het serveren van een warme maaltijd moeten de gerechten minstens 65 graden Celsius zijn.

Slide 18 - Quiz

Welke richtlijn op het gebied van hygiëne is juist? Meerdere antwoorden zijn juist
A
Was je handen nadat je je telefoon hebt gebruikt.
B
Trek de werkkleding pas aan in de keuken.
C
Droog je handen met de gemeenschappelijke handdoek.
D
Werk met kortgeknipte nagels zonder nagellak.

Slide 19 - Quiz

Wat kan een nadeel zijn van een kant-en-klare salade?
A
er is meer variatie
B
is duurder
C
is eerder bedorven
D
geen nadeel

Slide 20 - Quiz

De borden leg je ongeveer ....................
van de rand van de tafel.
A
een vingerbreedte
B
10 cm

Slide 21 - Quiz

De vork komt .............
het bord te liggen met de bolle kant ...............
.
A
rechts van omlaag
B
links van, omlaag
C
links van, omhoog
D
rechts van, omlaag

Slide 22 - Quiz

Het mes leg je ..............
het bord met de snijkant naar ..........

A
rechts van, binnen
B
links van, buiten
C
rechts van, buiten
D
links van, binnen

Slide 23 - Quiz

Een glas of kop zet je boven het bord aan de ................

A
linkerkant
B
rechterkant

Slide 24 - Quiz

Als iedereen klaar is met eten, wordt de tafel afgeruimd.
Welke uitspraak is waar?
A
Etensresten worden in de grijze container gegooid.
B
In warm voedsel kunnen gemakkelijk micro-organismen groeien.
C
Warm eten dat is aange boden en niet aangeraakt, kun je later opnieuw opwarmen.
D
Warm eten dat is aangeboden en waar van gegeten is, kun je in de koelkast bewaren.

Slide 25 - Quiz

Tot slot
Maak de verwerkingsopdrachten van hfst 5. 

Praktijksituatie 
Zorg voor de maaltijd in woonvoorziening Berona

Slide 26 - Slide