oefentoets GRAMMATICA brugklas

Toen Apke naar de oorlog ging, kreeg iedereen thuis nieuwe schoenen. Niet nieuw-nieuw, zoals de glimmende hoge legerschoenen van Apke, die naar vers leer roken en nog helemaal stijf aanvoelden.

1. In deze tekst staan 2 werkwoorden
2. In deze tekst staan 3 werkwoorden
3. In deze tekst staan 4 werkwoorden
4. In deze tekst staan 5 werkwoorden

Wat is de persoonsvorm in deze zin:
Sta jij elke dag om zeven uur op?

1. jij
2. om zeven uur
3. sta
4. elke dag

Wat is de persoonsvorm in deze zin?
Sta jij elke dag om zeven uur op?

Wat is de PV?
Aan het eind van de maand wil Danique een racefiets kopen.

Wat is de PV?
De hovenier gaat de zieke bomen omhakken.

Wat is de PV?
Ik wil me straks omkleden.

Wat is de PV?
Had jij mijn mail ontvangen?

Wat is het werkwoordelijk gezegde?
Mijn ouders willen twee keer in de maand in een onbekend restaurant eten.

Wat is het WWG?
Op het perron vond de zwerver gisteren een briefje van €100,-

Wat is het WWG?
Wij mochten komen kijken naar haar dans.

Wat is het WWG?
Onze kat had de muis gevangen.

Wat is het WWG?
Jij moet je boeken nog kaften.

Wat is het WWG?
Je zult mij toch echt moeten helpen.