Hoofdletters en Leestekens

1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Leestekens 

Slide 9 - Slide

Waar is mijn boek ik kan het nergens vinden
A
"Waar is mijn boek? Ik kan het nergens vinden."
B
"Waar is mijn boek ik kan het nergens vinden."
C
"Waar is mijn boek ik kan het nergens vinden."
D
"Waar is mijn boek, ik kan het nergens vinden."

Slide 10 - Quiz

De vergadering begint om 14 uur het zal duren tot 16 uur

plaats leestekens.

Slide 11 - Open question

Lisa vroeg Ben wil je alsjeblieft de deur openen
A
"Lisa vroeg Ben wil je alsjeblieft de deur openen."
B
"Lisa vroeg Ben, wil je alsjeblieft de deur openen?"
C
"Lisa vroeg, Ben wil je alsjeblieft de deur openen?"
D
"Lisa vroeg: 'Ben, wil je alsjeblieft de deur openen?'"

Slide 12 - Quiz

Het feest was geweldig iedereen danste zong en lachte tot in de vroege uurtjes

plaats leestekens

Slide 13 - Open question

Hij zei ik kom morgen terug als het regent
A
Hij zei; ik kom morgen terug als het regent.
B
hij zei: "ik kom morgen, terug als het regent."
C
"Hij zei: 'Ik kom morgen terug als het regent.'"
D
Hij zei: "ik kom morgen terug. Als het regent."

Slide 14 - Quiz

Hoofdletters 

Slide 15 - Slide

Kies de correcte zin.
A
Op Tweede kerstdag speelt het jeugdorkest de vuurvogel in de gereformeerde verrijzeniskerk.
B
op Tweede kerstdag speelt het jeugdorkest de Vuurvogel in de gereformeerde verrijzeniskerk.
C
Op tweede Kerstdag speelt het jeugdorkest de vuurvogel gereformeerde Verrijzeniskerk
D
Op tweede kerstdag speelt het jeugdorkest De vuurvogel in de gereformeerde Verrijzeniskerk.

Slide 16 - Quiz

Soms schrijf je woorden met een hoofdletter en soms met een kleine letter. Schrijf het betekenis verschil op bij het volgende woord:
het Oosten – het oosten

Slide 17 - Open question

Welke naam is correct gespeld?
A
de heer Van der Linden
B
de heer van der linden
C
de Heer van der Linden
D
de Heer Van Der Linden

Slide 18 - Quiz

ik kan niet geloven dat het alweer tijd is om naar huis te gaan.

plaats hoofdletters

Slide 19 - Open question

Kies de zin waarin de hoofdletters van de landen correct zijn gebruikt.
A
"Ik Ben Dol Op Aziatisch Eten, Vooral Uit Japan En China."
B
"Ik ben dol op Aziatisch eten, vooral uit Japan en China."
C
"ik ben dol op Aziatisch eten, vooral uit japan en China."
D
"ik ben dol op Aziatisch eten, vooral uit Japan en China

Slide 20 - Quiz