What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
20221116 VEZO322AK niveau 3 leerjaar 1 Werkwoordspelling - Tegenwoordige tijd
Nederlands
VEZO322AK
Woensdag 16 november 2022
1 / 14
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
This lesson contains
14 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Nederlands
VEZO322AK
Woensdag 16 november 2022
Slide 1 - Slide
Planning VEZO322AK
16 november: Werkwoordspelling: tegenwoordige tijd
23 november: Werkwoordspelling: verleden tijd
30 november: Werkwoordspelling: voltooid deelwoord
07 december: TOETS: Werkwoordspelling
Slide 2 - Slide
16-11: Lesdoelen
MOTILE: werkwoordspelling tegenwoordige tijd.
Slide 3 - Slide
Werkwoorden....
Komen in verschillende vormen in een zin voor. Hoe schrijf je de juiste vorm op?
Daarvoor moet je altijd letten op het onderwerp in de zin: wie of wat doet iets? Het werkwoord dat daarbij hoort heet de persoonsvorm.
Je moet goed opletten op de tijd waarin de zin wordt geschreven: nu of in het verleden?
Slide 4 - Slide
Persoonsvorm tegenwoordige tijd
enkelvoud
ik
....jij/je
gebiedende wijs
stam
u
hij/zij/het
jij/je
namen
stam+t
meervoud
wij/we
zij
jullie
...
hele werkwoord
Het hele werkwoord -en noemen we de stam.
Meervoud van dingen telt ook als meervoud
De honden lopen
over straat.
Alle planten hebben
water gekregen.
Alle stopcontacten zijn
beveiligd.
Een moeilijk woord voor hele werkwoord is
infinitief
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Tegenwoordige tijd = nu
(varen) De visser _____ het meer op.
A
vaard
B
vaart
C
vaarde
D
vart
Slide 7 - Quiz
Deze week ___ onze keuken gerenoveerd.
(tegenwoordige tijd)
A
word
B
werd
C
wordt
D
werdt
Slide 8 - Quiz
Vinden - Tegenwoordige tijd
Hoe … je zus haar nieuwe school?
A
Vind
B
Vindt
C
Vond
D
Vondt
Slide 9 - Quiz
werkwoordspelling tegenwoordige tijd: wat is goed?
A
hij bediend
B
hij bedient
C
hij bediendt
D
hij bediende
Slide 10 - Quiz
Vervoeg in de
tegenwoordige tijd
.
A
vind
B
vint
C
vindt
D
vond
Slide 11 - Quiz
Vervoeg in de
tegenwoordige tijd
.
A
gebruikt
B
gebruikd
C
gebruikte
D
gebruiken
Slide 12 - Quiz
Zelfwerktijd
MOTILE: werkwoordspelling tegenwoordige tijd.
https://leren.motile.nl/ of via Cumlaude en de knop naar de mbowebshop.nl
timer
30:00
Slide 13 - Slide
16-11: Terugblik
MOTILE: werkwoordspelling tegenwoordige tijd.
Slide 14 - Slide
More lessons like this
20221123 VEZO322AK niveau 3 leerjaar 1 Werkwoordspelling - Verleden tijd
November 2022
- Lesson with
24 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
20220914 VLG222AH niveau 2 leerjaar 1 Werkwoordspelling - Tegenwoordige tijd
September 2022
- Lesson with
13 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
20220921 DVLG222AH niveau 2 leerjaar 1v2 Werkwoordspelling - Verleden tijd
September 2022
- Lesson with
31 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
20221130 VEZO322AK niveau 3 leerjaar 1 Werkwoordspelling - Voltooid deelwoord
November 2022
- Lesson with
19 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
20220928 DVLG222AH niveau 2 leerjaar 1v2 Werkwoordspelling - Voltooid deelwoord
September 2022
- Lesson with
21 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Tegenwoordige tijd
December 2020
- Lesson with
16 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
H6 werkwoordspelling
February 2021
- Lesson with
21 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
Tegenwoordige tijd
March 2021
- Lesson with
25 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1