Voorbereiding TW 3: herhaling woordgeslacht

• Duits
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2,3

Extra voorbereiding TW 3 Kapitel 4

Herhaling woordgeslacht

Toetsstof TW 3

Je mag tijdens de toets de Spick-O-Thek gebruiken.

Tips:

- Herhaal de regels voor het geslacht van zelfstandige naamwoorden. Je hebt dit nodig voor het toepassen van de grammatica.

- Leer bij ieder zelfstandig naamwoord uit de Lernliste het lidwoord extra goed. Je hebt dit nodig voor het toepassen van de grammatica.

Kapitel 4: Veranstaltungen

Lernliste B N-D

Lernliste A, C, D, H D-N

Grammatik A + B

Sprachmittel (blz. 33 is vollediger dan die in het Lernübersicht)

De Zeitangaben uit G Schreiben

Wie war das noch mal?

Om de Grammatik uit Kapitel 4 + 6 goed toe te kunnen passen, moet je de regels voor het woordgeslacht goed beheersen. 

Dit is technisch gezien V2-stof, maar ik vermoed dat herhaling geen kwaad kan ;)

Hoe goed beheers je dit onderdeel al?

😒🙁😐🙂😃

Mannelijke woorden:

• alle mannelijke mensen en dieren: der Lehrer
  

• alle dagen van de week: der Montag
• alle seizoenen: der Sommer
• alle maanden: der Oktober
  
• alle windrichtingen: der Norden
• De meeste stammen van werkwoorden:
  der Beginn (van beginnen)

der Kater

uitleg

Vrouwelijke woorden:

• alle vrouwelijke mensen en dieren: die Oma
  

• de meeste woorden op -e: die Adresse
• alle woorden op -ung, - schaft, -heit, -keit: die Zeitung, die Freundschaft, die Freiheit, die Fröhlichkeit 
• alle woorden op - ur, -ei, -ik, -ion, tät: 
  die Union, die Polizei, die Natur, die Musik,
  die Universität
• De getallen: die Eins, die Zwei... 

die Katze

uitleg

Onzijdige woorden:

• alle woorden op -chen: das Kaninchen
  
• alle woorden op -lein: das Büchlein

• de meeste het-woorden: das Dorf 
  

das Buch

uitleg

Bestellung

1. der
2. die
3. das

Freundin

1. der
2. die
3. das

Meerschweinchen

1. der
2. die
3. das

Gesundheit

1. der
2. die
3. das

Pilot

1. der
2. die
3. das

Aufgabe

1. der
2. die
3. das

Fenster

1. der
2. die
3. das

Frühling

1. der
2. die
3. das

Ken je ook alle regels? 

Test jezelf en kijk hoeveel antwoorden je juist hebt!

uitleg

-chen

1. der (m)
2. die (v)
3. das (o)

seizoen

1. der (m)
2. die (v)
3. das (o)

-schaft

1. der (m)
2. die (v)
3. das (o)

biologisch geslacht

1. der (m)
2. die (v)
3. das (o)

-e

1. der (m)
2. die (v)
3. das (o)

dagen van de week

1. der (m)
2. die (v)
3. das (o)

-ung

1. der (m)
2. die (v)
3. das (o)

'het-woorden'

1. der (m)
2. die (v)
3. das (o)

Panne

vertaling

1. verkleinwoord
2. dag/maand/seizoen
3. het-woord
4. vrouwelijke uitgang

Wasser

vertaling

1. vrouwelijke uitgang
2. het-woord
3. biologisch man/vrouw
4. dag/maand/seizoen

Männlichkeit

vertaling

1. het-woord
2. biologisch man/vrouw
3. vrouwelijke uitgang
4. verkleinwoord

Süden

1. der (m)
2. die (v)
3. das (o)

Wochenende

vertaling

1. dag/maand/seizoen
2. vrouwelijke uitgang
3. het-woord
4. verkleinwoord

Polizistin

vertaling

1. verkleinwoord
2. biologisch man/vrouw
3. het-woord
4. dag/maand/seizoen

Mannschaft

vertaling

1. biologisch man/vrouw
2. verkleinwoord
3. vrouwelijke uitgang
4. het-woord

Taktik

1. biologisch man/vrouw
2. verkleinwoord
3. vrouwelijke uitgang
4. het-woord

Mädchen

vertaling

1. het-woord
2. vrouwelijke uitgang
3. biologisch man/vrouw
4. verkleinwoord

Exit Ticket
Hoe goed beheers je dit onder deel nu?

😒🙁😐🙂😃