2f 27-01 voorbereiding op toets Schrijven 3

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo lwoo, b, k
• Leerjaar 1,2

Regels in de klas

1.  Je hebt je spullen voor Nederlands bij je.
2. Je let op als ik iets vertel/uitleg.
3. Je bent geconcentreerd met je werk bezig.
4. Aan het einde van de les staat je tafel recht en is je stoel aangeschoven.
5. We gaan respectvol om met de docent en met elkaar.

Als je je niet aan de regels houdt

1.  Mondelinge waarschuwing.
2. Naam op het bord met het 1e streepje achter je naam.
3. 2e streepje = nablijven of uitgestuurd.

Lezen in je leesboek

10 minuten.

Fedor, Bram, Jana, Dex en Djoy

 mogen lezen op hun Chromebook

Mededeling

• Toets Schrijven 3 > woensdag 29 januari.
• Vandaag en morgen gaan we de laatste voorbereiding doen voor de toets.
• Het leerblad staat in SOM2day.
• Het lezen slaan we vandaag over, zodat we genoeg tijd hebben om te oefenen voor de toets.

Programma 2F woensdag 27-01-2025

• Korte terugblik.
• Oefenen met een oefentoets.
• Zelfstandig nakijken.

Even het geheugen opfrissen...

Wat is het tekstdoel van deze tekst? (Daarvoor hoef je niet de hele tekst te lezen)

Wat is het tekstdoel van deze tekst?

Vind jij dat we naar school moeten blijven fietsen? Natuurlijk! Het is gezond, je bent sneller dan met de bus, en het is beter voor het milieu. Met de fiets blijf je fit zonder extra sporten. Dus stap op de fiets en doe jezelf én de wereld een plezier!

Het tekstdoel was: overtuigen

Wat is het tekstdoel van deze tekst?

Doe mee aan onze fietswedstrijd! Volgende week woensdag fietsen we met de hele klas naar school. Zorg dat je om 8:00 uur bij het plein staat. De klas met de meeste fietsers wint een mooie prijs! Schrijf je nu in bij je mentor en fiets mee!

Het tekstdoel was: activeren

Het verschil tussen overtuigen en activeren

Overtuigen

Doel: Iemand overtuigen van een mening of standpunt

Activeren

Doel: Iemand aanzetten om iets te doen.

Oefenen voor de toets

• Je krijgt een oefentoets.
• Je hebt maximaal 30 minuten om deze te maken en na te kijken.
• Je mag dingen opzoeken in je boek of in Blink als je het niet weet. Je mag ook zachtjes overleggen.
• Klaar? nakijken met een nakijkblad. Gedaan? Spelling oefenen met de Spellingsapp in Blink.