13.4 Groepen vergelijken met formules

Hoofdstuk 13: Conclusies uit data


Invoegen plattegrond op niveau
1 / 31
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 13: Conclusies uit data


Invoegen plattegrond op niveau

Slide 1 - Slide

Huiswerk:
Opgaven maken ging ....
A
Goed
B
Deels
C
Ik snapte er niks van
D
Ik heb het niet gemaakt

Slide 2 - Quiz

Slide 3 - Slide

Huiswerk bespreken    

Slide 4 - Slide

Geef aan of je bij de volgende soorten statistische variabelen groepen kunt vergelijken met boxplots.
Dat kan wel
Dat kan niet
Continu
Discreet
Ordinaal
Nominaal

Slide 5 - Drag question

Geef aan of je bij de volgende soorten statistische variabelen groepen kunt vergelijken met maxVcp.
Dat kan wel
Dat kan niet
Continu
Discreet
Ordinaal
Nominaal

Slide 6 - Drag question

Hoofdstuk 13
13.3 Groepen grafisch vergelijken




Leerdoel 16 en 17.






Slide 7 - Slide

Leerdoel behaald deze les?

Pas bolletje 1 aan, in de planner, indien het veranderd is.
(+, +/-, -)
A
+
B
+/-
C
-

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Slide

Hoofdstuk 13
13.4 Groepen vergelijken met formules




Leerdoel 18 en 19.

Slide 10 - Slide

Op school A en B zijn de leerlingen in twee even grote groepen verdeeld. Groep 1 had les met de nieuwe methode bij het vak Frans en groep 2 met de oude lesmethode. De leerlingen hebben dezelfde toets gemaakt. In de tabellen zie je de gemiddeldes en de standaardafwijkingen van de cijfers.

Op welke school heeft de nieuwe methode het meeste effect gehad op de cijfers?
A
School A
B
School B

Slide 11 - Quiz


Slide 12 - Open question

Slide 13 - Slide

Geef aan of je bij de volgende soorten statistische variabelen groepen kunt vergelijken met de effectgrootte.
Dat kan wel
Dat kan niet
Continu
Discreet
Ordinaal
Nominaal

Slide 14 - Drag question

Twan vermoedt dat er op zijn school minder jongens dan meisjes linkshandig zijn. Hij neemt een steekproef van 200 jongens en 100 meisjes en vindt 20 linkshandige jongens.

Geef de waarden van a en b in de tabel.

Slide 15 - Open question

Twan vermoedt dat er op zijn school minder jongens dan meisjes linkshandig zijn. Hij neemt een steekproef van 200 jongens en 100 meisjes en vindt 20 linkshandige jongens.

Leg uit dat er geen verschil is op het gebied van linkshandig zijn als er 10 meisjes linkshandig zijn.

Slide 16 - Open question

Een maat voor het verschil tussen variabelen in een 2x2-kruistabel is phi (zie hiernaast).
Bereken de waarde van phi als er 10 meisjes linkshandig zijn.

Slide 17 - Open question

Bij 20 linkshandige meisjes is de waarde van phi=-0,14.
Wat is de waarde van phi als 70 meisjes linkshandig zijn?

Slide 18 - Open question

Bij 10 linkshandige meisjes is phi=0.
Bij 20 linkshandige meisjes is phi=-0,14.
Bij 70 linkshandige meisjes is phi=-0,62.
Wat valt je op aan de waarde van phi als er een groter verschil tussen jongens en meisjes is?

Slide 19 - Open question

Slide 20 - Slide

Geef aan of je bij de volgende soorten statistische variabelen groepen kunt vergelijken met de waarde van phi.
Dat kan wel
Dat kan niet
Continu
Discreet
Ordinaal
Nominaal

Slide 21 - Drag question

Slide 22 - Slide

13.4 Groepen vergelijken met formules
Kruistabel met nominale of 2 ordinale variabele
Gemiddelde en stand.afw zijn gegeven of af te leiden uit de tekst.

Slide 23 - Slide

Hoofdstuk 13
13.4 Groepen vergelijken met formules




Leerdoel 18 en 19.

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Video

Slide 26 - Video

Slide 27 - Video

Slide 28 - Video

13.4 Groepen vergelijken met formules
Kruistabel met nominale of 2 ordinale variabele
Gemiddelde en stand.afw zijn gegeven of af te leiden uit de tekst.
Opgave 22, 25 en 26

Slide 29 - Slide

Hoofdstuk 13
13.4 Groepen vergelijken met formules




Leerdoel 18 en 19.

Slide 30 - Slide

Leerdoel behaald deze les?

Geef dit ook aan het overzicht door het eerste bolletje te kleuren(+, +/-, -)
A
+
B
+/-
C
-

Slide 31 - Quiz