Werkwoord être

Le verbe être
C
1 / 15
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Le verbe être
C

Slide 1 - Slide

Objectifs de la leçon: 
- Je gaat oefenen met het werkwoord zijn. 
- Je hebt woorden geoefend van de afgelopen periode. 

- Je bent voorbereid op wat we volgende week gaan doen! 

Slide 2 - Slide

Kernmerken van het werkwoord
Het is een onregelmatig werkwoord. 
Tu es = jij bent 
il / elle est  = hij/zij is
--> Dezelfde uitspraak maar anders geschreven.
In de meervoud "zij zijn" heb je in het Frans ook een mannelijke of vrouwelijke vorm = "ils / elles sont"
vous êtes = jullie zijn / u bent 
--> uitspraak /z/  "vous êtes". 

Slide 3 - Slide

Je ...
A
es
B
suis
C
est
D
sommes

Slide 4 - Quiz

Tu ...
A
êtes
B
est
C
es
D
sont

Slide 5 - Quiz

Nous ...
A
sommes
B
êtes
C
sont
D
est

Slide 6 - Quiz

Tekst
Frans 
vak 
Engels 
Mens & Maatschappij 
Mens & Cultuur 
Duits
Bewegingsonderwijs
le Français 
l'Anglais 
le dessin 
L'E.P.S
L'Allemand
la matière
l'histoire et la géographie

Slide 7 - Drag question

Vous ...
A
sont
B
est
C
es
D
êtes

Slide 8 - Quiz

ils / elles ...
A
est
B
sont
C
es
D
suis

Slide 9 - Quiz

il / elle ...
A
est
B
es
C
sont
D
sommes

Slide 10 - Quiz

être = ...
A
hebben
B
doen
C
zijn
D
ben

Slide 11 - Quiz

Je ... un élève en première.

Slide 12 - Open question

Lars ... un grand garçon

Slide 13 - Open question

Vous ... des élèves en unit 2.

Slide 14 - Open question

Elles ...

Slide 15 - Open question