Hfst 4.6 Spreken kijken en luisteren

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

Welkom! 

Pak je spullen Nederlands
(je boek en je laptop) 

Log alvast in. 

PAK je leesboek en ga lekker lezen. 

Lezen eigen boek

Lesopbouw:

Absentie

Lezen eigen boek

Doel en uitleg deze les

Maken en bespreken opdrachten

Afsluiting

Hfst overzicht: Vol Spanning

Les 1: Fictie

Les 2: Gedicht

Les 3: Lezen

Les 4: Schrijven en formuleren

Les 5: Woorden

 

Les 6: Spreken, kijken en luisteren

Les 7: Grammatica

Les 8: Spelling: 

Les 9 Media en onderzoek

Doel: 4.4 Schrijven en formuleren

Ik weet hoe ik een informatieve tekst moet schrijven. 

Ik weet hoe ik een inleiding moet schrijven. 

Ik weet een aantal formuleertips. 

Wat is een informatieve tekst?

Noem een paar voorbeelden van informatieve teksten.

Doel les: 4.4 Schrijven en formuleren

Informatieve tekst: is een tekst die je informatie geeft. 

Er worden vooral feiten genoemd. 

Hoe schrijf je een informatieve tekst:

Schrijf een inleiding, een kern en een slot. 

Zet witte regels tussen de alinea's. 

Zet een titel boven de tekst. 

Doel les: 4.4 Schrijven en formuleren

Ik weet hoe ik een inleiding moet schrijven.

• Waar gaat de tekst over?
• Trek de aandacht van de lezer. 
• (blz 32)

Doel les: 4.4 Schrijven en formuleren

Ik weet een aantal formuleertips. 

- Past je taalgebruik bij je doelgroep?

Voor volwassenen schrijf je anders dan voor kinderen. 

- Schrijf constant in de verleden of de tegenwoordige tijd. Verander niet!

- Gebruik niet constant dezelfde woorden. Dat leest vervelend. Zorg voor afwisseling. (blz 33)

Aantekeningen maken

Je krijgt een blad. Verdeel die in 4 kolommen. 

bovenste vak: het onderwerp

rechtervak: notities/aantekeningen

Linkervak: kernwoorden

Onderaan: samenvatting (dit doe je normaal zodra je thuiskomt)

Doel: 4.6 Spreken, kijken en luisteren

Ik weet wat open en gesloten vragen zijn. 

Ik weet hoe ik een interview kan houden. 

Samen aan de slag

Maak opdracht 1 op blz 43. 

Dan mag met degene die naast je zit. 

Bespreken

Doel: 4.6 Spreken, kijken en luisteren

Ik weet wat open en gesloten vragen zijn. 

Een gesloten vraag: om feiten te weten te komen. Antwoorden zijn kort --> ja, nee, nou en

Een open vraag: Je krijgt langere antwoorden. 

We maken opdracht 2. 

Doel: 4.6 Spreken, kijken en luisteren

Ik weet hoe ik een interview kan houden. 

Een interview is een vraaggesprek. 

De interviewer stelt vragen. De geïnterviewde geeft antwoord. Soms is het antwoord erg kort, dan kan er een vervolgvraag gesteld worden. 

Aan de slag

Ga aan de slag met opdracht:

3, 4, 6, 7, 8 en 9 

Vanaf blz 45

Tijd over?

Geen ja, geen nee spel.

Doel: 4.6 Spreken, kijken en luisteren

Ik weet wat open en gesloten vragen zijn. 

Ik weet hoe ik een interview kan houden. 

Noem een voorbeeld van een open vraag:

Noem een voorbeeld van een gesloten vraag:

Wat is een interview?

Bedankt voor jullie aandacht!

Je weet nu wat open en gesloten vragen zijn en hoe je een interview kan houden.