Tegenwoordige tijd

Tegenwoordige tijd
bb werkwoordspelling
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Tegenwoordige tijd
bb werkwoordspelling

Slide 1 - Slide

Instructie 
ik-vorm 
jij-vorm 
hij/zij/het-vorm 
wij-vorm

Slide 2 - Slide

(beweren) Hij __________ dat hij al jaren bij de politie werkt.

Slide 3 - Open question

(vermoeden) __________ je ook dat we na de pauze een toets krijgen?

Slide 4 - Open question

(poetsen) Mevrouw Kool __________ drie keer per dag haar tanden.

Slide 5 - Open question

(verbranden) Mijn broertje __________ zich aan de oven.

Slide 6 - Open question

(snijden) __________ jij de paprika even?

Slide 7 - Open question

(beloven) Mijn zusje __________ dat ze over één minuut klaar is.

Slide 8 - Open question

(geven) __________ mijn telefoon terug!

Slide 9 - Open question

(uitblazen) Mijn nichtje __________ de kaarsjes van haar taart ________

Slide 10 - Open question

(schaatsen) Monique en haar vriendin __________ in de Uithof.

Slide 11 - Open question

(dansen) Jij __________ de sterren van de hemel.

Slide 12 - Open question

(vinden) __________ jij dat een goed idee?

Slide 13 - Open question

(worden) __________ je zus zo opgehaald door je moeder?

Slide 14 - Open question