Scheidbare werkwoorden te+infinitief
1 / 28
Lesson duration is: 120 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Welke scheidbare werkwoorden ken je?
Slide 3 - Mind map
Slide 4 - Slide
Maak een zin met 'opbellen'
Slide 5 - Open question
Slide 6 - Slide
Gebruik een hulpwerkwoord:
'Ik bel mijn moeder op.'
'Ik bel mijn moeder op.'
Slide 7 - Open question
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Geef het voltooid deelwoord van:
'opeten'
'opeten'
Slide 12 - Open question
Geef het voltooid deelwoord van:
'uitslapen'
'uitslapen'
Slide 13 - Open question
Geef het voltooid deelwoord van:
'inpakken'
'inpakken'
Slide 14 - Open question
Geef het voltooid deelwoord van:
'aandoen'
'aandoen'
Slide 15 - Open question
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Slide
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Slide
Maak een zin met:
concentreren + te
concentreren + te
Slide 22 - Open question
Maak een zin met:
lopen + te
lopen + te
Slide 23 - Open question
Maak een zin met:
beloven + te
beloven + te
Slide 24 - Open question
Maak een zin met:
zitten + te
zitten + te
