Geneesmiddelenkennis 3.4 - Week 2

Geneesmiddelenkennis
Blok 4, week 2
1 / 12
next
Slide 1: Slide
ApothekersassistenteMBOStudiejaar 3

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Geneesmiddelenkennis
Blok 4, week 2

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?
  • Vandaag:  spierpijn, stoppen met roken
  • Volgende week: hoest, griep en verkoudheid en vaginale schimmel
  • Als je ze nog niet van de kennisbank gehaald hebt, doe dat dan vandaag...

Slide 2 - Slide

Zelfzorgstandaard 'Spierpijn, gewrichtspijn en kneuzingen'
Spierpijn:
  • Pijn, kramp, stijf gevoel in de spieren
Gewrichtspijn
  • Pijn, bewegingsbeperking, zwelling
Kneuzing
  • Bloeduitstorting (blauwe plek), pijnlijke plek, drukken op het lichaamsdeel is pijnlijk

Slide 3 - Slide

Welke zelfzorggeneesmiddelen/producten kunnen er gebruikt worden bij spierpijn of gewrichtspijn?

Slide 4 - Open question

Zelfzorggeneesmiddelen/producten bij spierpijn en gewrichtspijn
  • Eerste keus: paracetamol
  •  Tweede keus: NSAID
Verder zijn er nog andere producten: 
  • Kompressen om te verwarmen of te koelen
  • Smeermiddelen met pijnstillers: gel met diclofenac of ibuprofen (worden nauwelijks in het bloed opgenomen)
  • Warmteveroorzakende crème of zalf (werking niet bewezen, niet te gebruiken bij een zweepslag of pijnlijke pezen of gewrichten)

Slide 5 - Slide

Wanneer een afspraak bij de huisarts?
  • Bij spier- of gewrichtspijn of pijn van een kneuzing die al langer dan 2 weken bestaat.
  • Bij ernstige pijn en/of rare stand van een gewricht (vermoeden van een botbreuk).
  • Bij pijn in een gewricht, spier of pees waarbij tevens een knap is gehoord (wijst mogelijk op zweepslag, spier- of peesscheur).
  • Bij pijn in de rug met uitstraling naar een of twee benen (wijst mogelijk op een hernia of zenuwschade).
  • Bij pijn in meerdere gewrichten (wijst mogelijk op reuma).
  • Bij gewrichtspijn met zwelling, warmte en roodheid (wijst op ontsteking).
  • Bij spier- of gewrichtspijn die een bijwerking van een medicijn kan zijn.
  • Bij een blauwe plek die groter is dan verwacht op grond van de oorzaak, tijdens het gebruik van een antistollingsmiddel, NSAID of SSRI.

Slide 6 - Slide

Zelfzorgstandaard 'Stoppen met roken'
Het advies van uit de standaard is bedoeld voor mensen:
  • Die willen stoppen met roken
  • Die advies willen over stoppen met roken 
  • Die meer dan 10 sigaretten per dag roken
  • Die behoefte hebben aan een sigaret binnen een half uur na het opstaan

Slide 7 - Slide

Zelfzorgproducten bij stoppen met roken
Nicotinevervangers:
  • Kauwgom
  • Zuigtablet
  • Mondspray
  • Pleister
Voor doseringen en sterktes: zie zelfzorgstandaard

Slide 8 - Slide

Welke niet medicamenteuze adviezen kun je geven aan iemand die wilt stoppen met roken?

Slide 9 - Open question

Adviezen bij stoppen met roken
  • Wil de klant alleen stoppen?  Laat de klant een stopdatum kiezen en benadruk het belang van een goede voorbereiding.
  • Wil de klant stoppen in groepsverband?  Verwijs naar een professionele instantie, zoals de GGD.
  • Bespreek de mogelijkheden van e-health interventies, zoals apps.
  • Adviseer steun te zoeken in de omgeving, bij Rokeninfo.nl.
  • Adviseer het stoppen met roken goed voor te bereiden, door te bedenken welke moeilijkheden kunnen komen en hoe je hiermee om kunt gaan.
  • Adviseer de klant volledig te stoppen in plaats van te minderen. Minderen is uiteindelijk moeilijker vol te houden dan helemaal stoppen.

Slide 10 - Slide

Welke omstandigheden kunnen het stoppen met roken vermoeilijken?

Slide 11 - Open question

Omstandigheden die stoppen met roken kunnen vermoeilijken
  • Het mislukken van een vorige poging: je kunt een andere methode adviseren.
  • Stress: adviseer ontspannende bezigheden te zoeken.
  • Vrees voor gewichtstoename: dit is in het algemeen eenmalig, het is wel goed om op eetgedrag te letten.
  • Verslaving: je kunt ter ondersteuning nicotinevervangende middelen adviseren.
  • Sociale druk: je kunt adviseren situaties te vermijden waarbij gerookt wordt, en om steun van de omgeving te vragen bij het stoppen.
  • Concentratieproblemen na het stoppen met roken: dit is een tijdelijk ontwenningsverschijnsel.

Slide 12 - Slide