Nederlands periode 4 20JAM

Nederlands les 1 
1. Terugblik periode 3
2. Uitleg periode 4
3. Uitleg woordenschat
4. Testje
5. Aan het werk
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Nederlands les 1 
1. Terugblik periode 3
2. Uitleg periode 4
3. Uitleg woordenschat
4. Testje
5. Aan het werk

Slide 1 - Slide

terugblik periode 3
1. Cijfers bekend? 
2. Herkansingen?
3. Zorgen om leesvaardigheid? 

Slide 2 - Slide

Uitleg periode 4
1. korte periode, veel thuis doen! 
2. Werk digitaal 
3. Onderwerp: Woordenschat
4. BSA-punt: voldoende voor de toets. 

Slide 3 - Slide

Uitleg woordenschat
1. Wat betekent woordenschat? 
2. Waarom is dit belangrijk? 

Slide 4 - Slide

Test
Pak je telefoon en doe mee! 

(pen en papier, houd je aantal fouten bij)

Slide 5 - Slide

Sommigen vinden het CHARISMA van een manager een belangrijke factor voor het succes van de zaak.
A
opleiding
B
ervaring
C
uitstraling

Slide 6 - Quiz

Die voorstellen BEHELZEN een compleet nieuwe invulling van de studie.
A
ontwaren
B
hebben betrekking op
C
beamen

Slide 7 - Quiz

Het overleg bevindt zich in een IMPASSE.
A
vergaderzaal
B
moeilijke toestand
C
eindfase

Slide 8 - Quiz

De goudhandel FLOREERT als nooit tevoren.
A
ontbeert
B
gaat achteruit
C
bloeit

Slide 9 - Quiz

In de middeleeuwen werden lijfeigenen door hun heer GEKASTIJD.
A
uitgelachen
B
gememoreerd
C
gestraft

Slide 10 - Quiz

De DISCREPANTIE tussen wat hij zegt en wat hij doet, is wel meer mensen opgevallen.
A
afwijking, gebrek aan overeenstemming
B
onopvallend
C
overeenkomst

Slide 11 - Quiz

Ik denk niet dat dat helpt bij het IMPLEMENTEREN van deze strategie.
A
invoeren en in gebruik nemen
B
een gat vullen
C
uit je hoofd leren

Slide 12 - Quiz

Dit artikel verduidelijkt hoe je moet citeren en PARAFRASEREN in je proefschrift.
A
Het weergeven van de inhoud met andere woorden
B
scanderen
C
omzetten in andere vorm of ander formaat

Slide 13 - Quiz

Tijdens deze lessen wordt de CONTEMPORAINE geschiedenis in chronologische volgorde behandeld.
A
sociale
B
hedendaagse
C
culturele

Slide 14 - Quiz

Ze mag er dan FRELE uitzien, maar ze is sterker dan je denkt!
A
broos
B
adellijk
C
verward

Slide 15 - Quiz

Wetenschappers staan voor een groot raadsel, nu ze een MINUSCUUL deeltje hebben gemeten.
A
heel klein
B
ovaal
C
bol

Slide 16 - Quiz

De IMMATERIELE schade valt niet te berekenen
A
schade aan spullen, goederen etc.
B
geestelijke
C
economische

Slide 17 - Quiz

Ook hier geldt natuurlijk het ADAGIUM: 'voorkomen is beter dan genezen.'
A
spreuk, motto
B
pleidooi
C
voorstel

Slide 18 - Quiz

Hopelijk biedt dat enig SOELAAS.
A
koekje
B
winst
C
troost

Slide 19 - Quiz

Hij had weinig SCRUPULES bij dat soort zaken.
A
lacunes
B
mogelijkheden
C
gewetensbezwaren

Slide 20 - Quiz

Uitslag: 
6 fout of meer: 1F
4-5 fout: 2F
2-3 fout: 3F 
0-1 fout: 4F 

Slide 21 - Slide

Aan het werk
Maken boek A Woordenschat: 

paragraaf 1.1  De betekenis afleiden uit de tekst 
en
paragraaf 1.2 Betekenis afleiden uit een woord

Slide 22 - Slide