NN7 - Spelling §5 - Tussenletters in samenstellingen - 2H

Tussenletters in samenstellingen

NN7 - Spelling §5 - 2H
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Tussenletters in samenstellingen

NN7 - Spelling §5 - 2H

Slide 1 - Slide

Wat je gaat leren

  • Je leert samenstellingen met en zonder tussenletter spellen.

Slide 2 - Slide

Discobal        stoelendans          sluitingstijd

Slide 3 - Slide

Discobal        stoelendans          sluitingstijd
Dit zijn allemaal samenstellingen.
  • Ze bestaan uit de volgende delen:
  • disco bal 
  • stoel en dans
  • sluiting s tijd

Slide 4 - Slide

Maar waarom krijgt stoelendans een extra en, sluitingstijd een extra s, en discobal helemaal niets?

teleurgestelde discobal

Slide 5 - Slide

Als je twee woorden aan elkaar plakt, maak je een samenstelling:

tafel + poot = tafelpoot
fiets + bel = fietsbel

Slide 6 - Slide

Soms moet je tussen die twee woorden tussenletters toevoegen: (e)n, e of s.

Slide 7 - Slide

Zo bepaal je of je een s moet toevoegen

  • Als je in een samenstelling een s hoort, dan schrijf je die ook:
    - onweersbui, moederskindje.

  • Soms begint het rechterdeel van de samenstelling met een s-klank. Dan hoor je niet of er een tussen-s moet staan. Vervang dan het rechterdeel door een woord dat niet met een s-klank begint. Schrijf de s alleen als je hem bij de vervanging hoort:
    - kapperszaak, want kappersopleiding;
    spelerssalaris, want spelersbus.
    Maar: sportschool, want sportwedstrijd.

Slide 8 - Slide

Zo bepaal je of je (e)n of e moet toevoegen

Als het linkerdeel van een samenstelling een 
zelfstandig naamwoord is dat alleen een meervoud op en heeft, schrijf je en of n tussen de delen: 

lampenkap, stoelendans, blindenstok, ziekenhuis.

Slide 9 - Slide

Schrijf alleen een e in deze gevallen:

  • Het linkerdeel heeft geen meervoud: gortepap.
  • Het linkerdeel verwijst naar iets waar er maar één van is: zonnescherm, maneschijn.
  • Het linkerdeel heeft (ook) een meervoud op s:
    horlogebandje (horloges), groentesoep (groenten/groentes).
  • Het linkerdeel is geen zelfstandig naamwoord:
    brekebeen (het linkerdeel verwijst naar een werkwoord), hogeschool, dovenetel (het linkerdeel is een bijvoeglijk naamwoord).
  • Het linkerdeel versterkt een bijvoeglijk naamwoord: reuzeleuk.

Slide 10 - Slide

Dat gaan we even oefenen...!

Slide 11 - Slide

Maak de samenstelling, noteer in de juiste spelling.
schilder + schort

Slide 12 - Open question

Maak de samenstelling, noteer in de juiste spelling.
boodschap + tas

Slide 13 - Open question

Maak de samenstelling, noteer in de juiste spelling.
horloge + bandje

Slide 14 - Open question

Maak de samenstelling,
noteer in de juiste spelling.
snot + bel

Slide 15 - Open question

Maak de samenstelling, noteer in de juiste spelling.
gewoonte + dier

Slide 16 - Open question

Maak de samenstelling, noteer in de juiste spelling.
pad + stoel

Slide 17 - Open question

Maak de samenstelling, noteer in de juiste spelling.
reus + leuk

Slide 18 - Open question

Maak de samenstelling, noteer in de juiste spelling.
koe + stal

Slide 19 - Open question

Maak de samenstelling,
noteer in de juiste spelling.
kat + bak

Slide 20 - Open question

Tijd om nu zelf te gaan oefenen met de opdrachten die ik heb klaargezet in de digitale planning.

Slide 21 - Slide