H6 - Bijwoord

H6 - Grammatica
Woordsoorten - bijwoord 



Telefoon in de telefoontas. 
Boeken op tafel :) 
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

H6 - Grammatica
Woordsoorten - bijwoord 



Telefoon in de telefoontas. 
Boeken op tafel :) 

Slide 1 - Slide

- Lesdoel
- Voorkennis ophalen
- Uitleg over het bijwoord
- Samen starten met de opdrachten
- Verwerking
- Afronden


Wat gaan we doen vandaag:

Slide 2 - Slide

Lesdoel:
Ik kan bijwoorden herkennen. 
Ik kan onderscheid maken tussen bijwoorden en bijvoeglijke naamwoorden. 

Slide 3 - Slide

Bijwoord = bijwoordelijke bepaling(bwb) van één woord

Tijd: Gisteren, morgen, straks, vroeger, toen, tegenwoordig
Plaats: Hier, daar, er, nergens, overal
Zekerheid: absoluut, ongetwijfelt, echt
Ontkenning: Niet, nooit, geenszins.

Vraagwoorden om een bwb te vinden:
Waar, waarom, wanneer, hoe, waardoor, waarheen
Gram. woordsoorten H6 - bijwoord

Slide 4 - Slide

Bijwoord = bijwoordelijke bepaling(bwb) van één woord

       Zegt iets over een ander woord dan een ZN

Het   erg    kleine    meisje    heeft    hard     gelopen.
Gram. woordsoorten H6 - bijwoord

Slide 5 - Slide

Bijwoord = bijwoordelijke bepaling(bwb) van één woord

       Zegt iets over een ander woord dan een ZN

Het   erg    kleine    meisje    heeft    hard     gelopen.
Gram. woordsoorten H6 - bijwoord
zn
blw
hww
zww
bv
bw
bw

Slide 6 - Slide

Wat is het woord in hoofdletters?

Jasper heeft een GOEDE kapper.
A
bijvoeglijk naamwoord
B
bijwoord

Slide 7 - Quiz

Wat is het woord in hoofdletters?

Jasper heeft een ERG goede kapper.
A
bijvoeglijk naamwoord
B
bijwoord

Slide 8 - Quiz

Wat is het woord in hoofdletters?

Joke kan GOED schaatsen.
A
bijvoeglijk naamwoord
B
bijwoord

Slide 9 - Quiz

Wat is het woord in hoofdletters?

Joke kan HEEL goed schaatsen.
A
bijvoeglijk naamwoord
B
bijwoord

Slide 10 - Quiz

Wat is het woord in hoofdletters?

Ik lust misschien een HELE taart.
A
bijvoeglijk naamwoord
B
bijwoord

Slide 11 - Quiz

Wat is het woord in hoofdletters?

Ik lust MISSCHIEN een hele taart.
A
bijvoeglijk naamwoord
B
bijwoord

Slide 12 - Quiz

Opdracht 1
Noteer de bijwoorden uit de zin:

1. Helaas kon Pim wegens ziekte niet meedoen met volleybal. 

Slide 13 - Slide

Opdracht 1
Noteer de bijwoorden uit de zin:

2. Jullie zouden toch gisteren vertrekken naar Marbella? 

Slide 14 - Slide

Opdracht 1
Noteer de bijwoorden uit de zin:

3. Waarschijnlijk zal de nieuwslezer vanavond vertellen over de opkomende storm. 

Slide 15 - Slide


Grammatica woordsoorten:
H6 - Opdracht 1 en 2
blz. 180-181

Niet af? 
Flexles NE - ZWU - huiswerk :)  




Verwerking
timer
10:00

Slide 16 - Slide

Lesdoel behaald?
* Ik kan bijwoorden herkennen. 
* Ik kan onderscheid maken tussen bijwoorden en bijvoeglijke naamwoorden. 

Slide 17 - Slide