7 december 2017

donderdag 7 december2017
1 / 29
next
Slide 1: Slide
MetaaltechniekPraktijkonderwijsLeerjaar 4

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

donderdag 7 december2017

Slide 1 - Slide

Elektriciteit
  • Elektriciteit is gevaarlijk
  • Elektriciteit kan brand veroorzaken.
  • Elektriciteit kan een schok veroorzaken.
  • Elektriciteit kan een explosie veroorzaken

Slide 2 - Slide

Apparaat kapot. Wat nu?
  • Soms gaat een elektrisch apparaat kapot.
  • Je moet het dan NIET zelf maken.
  • Als een apparaat kapot is haal dan de stekker eruit.

Slide 3 - Slide

Hoe wordt het apparaat gemaakt?
  • Soms gaat een elektrisch apparaat kapot.
  • Er komt dan een deskundige bij.
  • Een deskundige heeft kennis en ervaring.
  • Hierdoor heeft hij verstand van apparaten.
  • Hij kan ervoor zorgen dat het apparaat gemaakt wordt.

Slide 4 - Slide

Maatregelen om problemen te voorkomen
  • Haal de stroom eraf;
  • Zorg dat je goed bent opgeleid;
  • Ga op een rubbermat staan;
  • Probeer lage spanning te gebruiken;
  • Zorg voor goede isolatie.
    Isolatie is bijvoorbeeld rubber om de stroom.

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

De meeste ongelukken met elektriciteit gebeuren door fouten in het materiaal.
A
juist
B
onjuist

Slide 7 - Quiz

Deze bewering is JUIST!
Door foutief materiaal kan er veel misgaan.
Controleer dus altijd het materiaal.
En neem voorzorgsmaatregelen!

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Stel: Je moet een lamp ophangen. Wat doe je eerst?
A
De juiste draden verbinden
B
De stroom eraf halen

Slide 10 - Quiz

Het goede antwoord is B.
Haal altijd eerst de stroom eraf voordat je met elektriciteit gaat werken.

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

verlengsnoeren 
haspels

Slide 13 - Slide

verlengsnoer
  • elektriciteitssnoer bestaande uit koperdraden met een rubberen, neopreen of vinyl om manteling
  • Wanneer een verlengsnoer langer is dan circa drie meter zit het veelal op een haspel.
  • Handig als je ver van een wandcontactdoos moet werken.

Slide 14 - Slide

Verklein kans op brand
  • Controleer kabels regelmatig op beschadigingen.
  • Sluit niet meer dan 2 kabelhaspels of verlengsnoeren achter elkaar aan.
  • Leg geen (verleng)snoeren onder tapijt.
  • Rol de haspel volledig af wanneer u deze gebruikt, anders kan deze erg heet worden en daardoor kortsluiting veroorzaken.

Slide 15 - Slide

  • Rol de haspel volledig af wanneer u deze gebruikt, anders kan deze erg heet worden en daardoor kortsluiting veroorzaken.
  • Sluit niet teveel grote stroomverbruikers tegelijk aan op één haspel. Het maximum aantal Watts (vermogen) staat op de kabelhaspel vermeld. Overschrijdt dit nooit.

Slide 16 - Slide

Jan wil voorkomen dat mensen over zijn verlengkabel struikelen, daarom legt hij deze onder het tapijt.Mag dit?
A
ja
B
nee

Slide 17 - Quiz

Het is veiliger om 1 verlengsnoer van 20 meter te gebruiken dan 4 verlengsnoeren van 5 meter aan elkaar te koppelen.
A
juist
B
niet juist

Slide 18 - Quiz

aanrijdgevaar binnen
  • Zowel buiten als binnen kan je aangereden worden. De kans dat je na een aanrijding naar een dokter moet is erg groot.
  • Er zijn veel grote bedrijven waar voertuigen rondrijden, denk bijv. aan magazijnen.
  • Deze voertuigen zijn aangepast aan het werk in dat bedrijf.

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

Wat is belangrijk bij aanrijdgevaar?
  • Het is erg belangrijk dat werknemers kunnen zien of er binnen voertuigen rond rijden.
  • Gescheiden paden voor heftrucks en voetgangers kunnen ongelukken voorkomen.

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Als er niemand is, mag er binnen hard gereden worden.
A
waar
B
niet waar

Slide 23 - Quiz

Door (bol)spiegels te gebruiken, vergroot men de zichtbaarheid.
A
waar
B
niet waar

Slide 24 - Quiz

aanrijdgevaar buiten
  • Werken langs de weg brengt risico’s met zich mee
  • Waarschuwingsborden wijzen je hierop
  • Er zijn veiligheidsmaatregelen nodig

Slide 25 - Slide

werknemers
  • Werknemers moeten over de juiste middelen beschikken
  • Ze moeten signaalkleding dragen
  • Ze moeten zich houden aan de regels
  • Ze zijn zelf ook verantwoordelijk

Slide 26 - Slide

werken aan de weg
Bij werkzaamheden geldt een lagere snelheid
•Een afzetting met verkeersregels of een rijdende afzetting
•De borden en materialen moeten goed onderhouden zijn
•Bij werken in het donker of in de regen is extra verlichting nodig

Slide 27 - Slide

welke veiligheidsmaatregelen zie je hier?

Slide 28 - Slide

zelfstandig aan het werk 
Stilte

Slide 29 - Slide