Lezen_stappenplan/leesstrategieen

Meer dan lezen

Stappenplan lezen 
1 / 33
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmboLeerjaar 2

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes, text slides and 6 videos.

Items in this lesson

Meer dan lezen

Stappenplan lezen 

Slide 1 - Slide

Welkom 
Nederlands

Je legt klaar:

lesboek, schrift en pen 

Slide 2 - Slide

Wat neem je elke les mee?

- boek Nieuw Nederlands
- schrift met lijntjes     
- etui met pen en potloden/markeerstiften
- laptop en lader
Tekst
Tekst

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Link

Slide 5 - Video

Tekst
Leesmoment 

timer
15:00

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Tekst
Leesmoment 
Mentortijd
Taalvaardigheid

Slide 8 - Slide

Periode 1
  • Week 37 t/m 40:        Cursus 1, par. 1 t/m 3
  •                                            Leesboek, fictiedossier
  • Week 40:                        Toets Cursus 1, Begrijpend lezen
  • Week 41 t/m 46:         Spelling werkwoorden
  •                                            Grammatica woordsoorten
  • Week 42:                        Fictiedossier formatief inleveren
  • Week 45:                        Fictiedossier inleveren
  • Week 47:                         Toets Spelling werkwoorden en Grammatica 

Slide 9 - Slide

Lesdoel
Je leert werken met het stappenplan lezen, zodat je langere teksten kunt begrijpen en weet welke manier past bij welk leesdoel.

2HA/A: Je leert tekstverbanden herkennen in een tekst door de  signaalwoorden

Slide 10 - Slide

TH  Par. 2 Stappenplan
  • Open je lesboek op blz. 10.
  • Pak een markeerstift
  • We nemen samen de theorie door
  • Luister naar de video en lees mee in de tekst
  • Markeer belangrijke woorden in de theorie
  • HA/A: blz. 10 Lees de theorie, maak opdr. 1

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Volgende les
Donderdag: 14e t/m 17e uur.
Huiswerk: Cursus 1, Meer dan Lezen
TH Paragraaf 2: Stappenplan Lezen
BLZ. 10: Lees de theorie/ BLZ. 10/12  Opdracht 1 en 2
HA/A  Paragraaf 2: Tekstverbanden en signaalwoorden (1)
BLZ. 10 Lees de theorie
HA BLZ. 10/12 Opdracht 1,  3 en 2
A BLZ. 10/13 Opdracht 2 en 3 


- KLAAR? NAKIJKEN? 

Slide 13 - Slide

Weet je nog?
Wat is oriënterend lezen?
A
Bekijk de tekst en lees de eerste alinea
B
Lees de eerste en laatste zin van de alinea's
C
Bekijk de tekst en zoek de info die je nodig hebt
D
Lees de tekst helemaal en nauwkeurig

Slide 14 - Quiz

Weet je nog?
Wat is globaal lezen?
A
Bekijk de tekst en lees de eerste alinea
B
Lees de eerste en laatste zin van de alinea's
C
Bekijk de tekst en zoek de info die je nodig hebt
D
Lees de tekst helemaal en nauwkeurig

Slide 15 - Quiz

Weet je nog?
Wat is precies lezen?
A
Bekijk de tekst en lees de eerste alinea
B
Lees de eerste en laatste zin van de alinea's
C
Bekijk de tekst en zoek de info die je nodig hebt
D
Lees de tekst helemaal en nauwkeurig

Slide 16 - Quiz

ONDERWERP 
Een tekst of een verhaal gaat ergens over.
Dit noem je het onderwerp van een tekst.
Lees de tekst eerst oriënterend 
en stel dan de vraag: 
Waarover gaat de hele tekst?

Slide 17 - Slide

DEELONDERWERPEN 
In een tekst kunnen verschillende dingen over een onderwerp gezegd worden.
Deze kleinere aspecten van het onderwerp zijn deelonderwerpen.

Meestal wordt er in één alinea één deelonderwerp behandeld.

Slide 18 - Slide

DEELONDERWERPEN
Als je heel snel wilt weten wat de deelonderwerpen in een tekst zijn, dan lees je een tekst globaal.

Bij globaal lezen lees je alleen de eerste en de laatste zin van elke alinea.

Slide 19 - Slide

Wat zou een deelonderwerp kunnen zijn in een tekst over voetbal?
A
De verzorging van een konijn
B
Het tenue
C
Kruidentuin
D
Koffiebonen

Slide 20 - Quiz

Wat zou een deelonderwerp kunnen zijn in een tekst over school?
A
De dierenwinkel
B
De geschiedenis van voetbal
C
Pauzes in de aula
D
Zakgeld

Slide 21 - Quiz

Wat zou een deelonderwerp kunnen zijn in een tekst over politiek?
A
Gezelschapsspellen
B
Verkiezingen
C
Vakantiereizen
D
De woestijn

Slide 22 - Quiz

Precies lezen
  • De kernzin geeft in 1 zin de hoofdgedachte van de tekst weer (inleiding / slot).
  • Tekstdoel: informeren, amuseren, activeren, instrueren, overtuigen
  • Tekstsoort: informatief, advertentie, handleiding, betoog, strip

Slide 23 - Slide

Hoe is een goede tekst opgebouwd?
A
Inleiding en middenstuk
B
Inleiding, middenstuk en slot
C
Middenstuk en slot
D
Inleiding en slot

Slide 24 - Quiz

Wat vind je in het middenstuk van de tekst?
A
de inleiding
B
de mening van de schrijver
C
de conclusie
D
de deelonderwerpen

Slide 25 - Quiz

Wat is een deelonderwerp?
A
een onderwerp van een hoofdstuk
B
een aspect van het onderwerp
C
een aspect van het slot
D
een onderwerp van de eerste alinea

Slide 26 - Quiz

Waar in de alinea staat de belangrijkste zin?
A
In het midden
B
Meestal aan het begin, soms aan het einde
C
Altijd aan het einde
D
Die kan overal staan

Slide 27 - Quiz

HA/A Tekstverbanden en signaalwoorden
  • Neem je lesboek op blz. 10 voor je.
  • Pak een markeerstift.
  • Luister naar de video en lees mee in de theorie. 
  • Onderstreep belangrijke woorden in de theorie.

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Video

Slide 30 - Video

Slide 31 - Video

Volgende les
Donderdag: 5e en 6e uur.
Huiswerk: Cursus 1, Meer dan Lezen
TH Paragraaf 2: Stappenplan Lezen
BLZ. 10: Lees de theorie/ BLZ. 10/12  Opdracht 1 en 2
HA/A  Paragraaf 2: Tekstverbanden en signaalwoorden (1)
BLZ. 10 Lees de theorie
HA BLZ. 10/12 Opdracht 1,  3 en 2
A BLZ. 10/13 Opdracht 2 en 3 


- KLAAR? NAKIJKEN? 

Slide 32 - Slide

Volgende les
Woensdag: 3e, 4e en 5e uur.
Huiswerk: Cursus 1, Meer dan Lezen
TH Paragraaf 3: Onbekende Woorden
BLZ. 14: Lees de theorie/ BLZ. 15/17  Opdracht 1 ,2 en 3
HA/A  Paragraaf 2: Tekstverbanden en signaalwoorden (1)
BLZ. 10 Lees de theorie
HA BLZ. 15/16 Opdracht 6 en 7
A BLZ. 14 Opdracht 7


- KLAAR? NAKIJKEN? 

Slide 33 - Slide