Cursus 1 §1 herhaling leesvaardigheid

1 / 35
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

  • Kennen kunnen
  • Belang leesvaardigheid
  • Geheugen opfrissen
  • Zelfstandig werken
  • Afsluiting

Slide 2 - Slide

  • Leesvaardigheid
  • Alinea's
  • Onderwerp, deelonderwerp
  • Oriënterend lezen
  • Globaal lezen
  • Precies lezen
  • Teksten op verschillende manieren lezen.
  • Onderwerp uit de tekst kunnen halen.

Slide 3 - Slide

Waarom?
  • Nederlandse jongeren lezen steeds minder vaak en met minder plezier langere teksten of boeken. Hierdoor is de leesvaardigheid van leerlingen in het vo de afgelopen jaren sterk gedaald.

  • Goed kunnen lezen is belangrijk voor het succes van leerlingen op school en in de samenleving. Onvoldoende leesvaardigheid kan tot schooluitval en maatschappelijke achterstand leiden. 



Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Slide 6 - Video

Geheugen opfrissen
  • Oriënterend, globaal en precies lezen
  • Onderwerp van de tekst bepalen
  • Alinea's en deelonderwerpen
  • Verbanden en signaalwoorden deel 1: je kunt met behulp van signaalwoorden opsommingen, tijdsvolgorde en voorbeelden in een tekst herkennen en begrijpen.





Slide 7 - Slide

Wat is een alinea?

Slide 8 - Open question

Wat is een deelonderwerp?
A
Een klein deel van het onderwerp
B
Een onderwerp om te delen
C
Het onderwerp van een tekst
D
De belangrijkste informatie

Slide 9 - Quiz

Waar vind je vaak de belangrijkste informatie in een anlinea?
A
Het middenstuk
B
De eerste zin
C
In de titel
D
De eerste en de laatste zin

Slide 10 - Quiz

Hoe veel alinea's heeft
deze tekst?

Slide 11 - Open question

  • Wat: stappenplan 'lezen' blz. 232 in je lesboek lezen. Schrijf in je schrift de drie verschillende soorten van lezen met de kenmerken erbij.
  • Hoe: individueel
  • Hulp: mevrouw de Vries
  • Tijd: 7 min
  • Uitkomst: bespreken
  • Klaar?: neem blz. 10 in je lesboek door.
timer
7:00

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Link

Slide 14 - Link

  • Wat: Lees de tekst 'Huizentekort' oriënterend. Maak daarna de vragen die erbij horen
  • Hoe: individueel
  • Hulp: mevrouw de Vries
  • Tijd: 10 min
  • Uitkomst: bespreken
  • Klaar?: Lees de tekst globaal en maak de vragen die erbij horen. 
timer
5:00

Slide 15 - Slide

Wat is een alinea?

Slide 16 - Open question

Wat is een deelonderwerp?
A
Een klein deel van het onderwerp
B
Een onderwerp om te delen
C
Het onderwerp van een tekst
D
De belangrijkste informatie

Slide 17 - Quiz

Waar kijk je naar bij oriënterend lezen?

Slide 18 - Open question

Wat hoort bij globaal lezen?
A
Titel en tussenkopjes lezen.
B
Signaalwoorden opzoeken.
C
De eerste en laatste zin van de alinea's lezen.
D
Deelonderwerpen van de alinea's.

Slide 19 - Quiz

Je hebt iets aan deze
tekst als je wilt weten:
A
Hoe je kunt zien dat iemand blij is met zijn cadeau.
B
Wat de reactie is van iemand die niet blij is met het cadeau.
C
Wat een psycholoog is.
D
Wat voor cadeaus je beter niet kunt geven.

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Slide

  • Herhaling vorige les
  • Kennen kunnen
  • Geheugen opfrissen: tekstverbanden en signaalwoorden
  • Zelfstandig werken
  • Afsluiting

Slide 22 - Slide

Wat is een alinea?

Slide 23 - Open question

Wat is een deelonderwerp?
A
Een klein deel van het onderwerp
B
Een onderwerp om te delen
C
Het onderwerp van een tekst
D
De belangrijkste informatie

Slide 24 - Quiz

Waar kijk je naar bij oriënterend lezen?

Slide 25 - Open question

Wat hoort bij globaal lezen?
A
Titel en tussenkopjes lezen.
B
Signaalwoorden opzoeken.
C
De eerste en laatste zin van de alinea's lezen.
D
Deelonderwerpen van de alinea's.

Slide 26 - Quiz

Je hebt iets aan deze
tekst als je wilt weten:
A
Hoe je kunt zien dat iemand blij is met zijn cadeau.
B
Wat de reactie is van iemand die niet blij is met het cadeau.
C
Wat een psycholoog is.
D
Wat voor cadeaus je beter niet kunt geven.

Slide 27 - Quiz

  • Precies lezen
  • Tekstverbanden: opsomming, tijdsvolgorde, voorbeeld
  • signaalwoorden
  • Een tekst precies lezen
  • De verbanden opsomming, tijdsvolgorde en voorbeeld in een tekst herkennen aan de hand van signaalwoorden.
  • Benoemen welke signaalwoorden bij welke tekstverbanden horen.

Slide 28 - Slide

Tekstverband & signaalwoorden 
klas 2B/K
tekstverband
signaalwoorden
opsomming
ten eerste, ten tweede, ten slotte, ook, verder, en

tijdsvolgorde (chronologie)
vroeger, later, nu, eerst, vervolgens, terwijl, intussen, daarna, nadat

voorbeeld of uitleg
bijvoorbeeld, zoals, als, denk aan

Slide 29 - Slide

  • Wat: Lees de tekst 'Huizentekort' precies. Maak daarna de vragen die erbij horen
  • Hoe: individueel
  • Hulp: mevrouw de Vries
  • Tijd: 15 min
  • Uitkomst: bespreken
  • Klaar?: Ga naar je online boek en maak de opdrachten van Cursus 1 meer dan lezen §1 herhaling leerjaar 2 bk. 
timer
15:00

Slide 30 - Slide

Bij welk tekstverband horen:
'Ten eerste, ten tweede, ten derde....'
A
voorbeeld
B
tijdsvolgorde
C
opsomming

Slide 31 - Quiz

Wat is dit voor tekstverband?
'zoals, denk aan...'
A
tijdsvolgorde
B
voorbeeld
C
opsomming

Slide 32 - Quiz

Wat is dit voor tekstverband?
'vroeger, later, nu, daarna'
A
tijdsvolgorde
B
voorbeeld
C
opsomming

Slide 33 - Quiz

Maak een zin met het woord 'terwijl' .

Slide 34 - Open question

Maak een zin met het woord 'zoals' .

Slide 35 - Open question