Nederland 1848-1914

Nederland (1848-1914)
1 / 43
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 43 slides, with text slides and 1 video.

Items in this lesson

Nederland (1848-1914)

Slide 1 - Slide

Willem 1
  • vanaf 1814 aan de macht
  • Had de complete macht
  • Volk had weinig te zeggen

Slide 2 - Slide

Klassieke grondrechten 








Sociale grondrechten

Slide 3 - Slide

Opstand
  • revoluties
  • Blackmail
  • Liberalen
  • Censuskiesrecht 1848 

Slide 4 - Slide

Censuskiesrecht
Tegenwoordig mag iedereen van 18 jaar en ouder stemmen. 

Na de grondwetswijziging van 1848 was het nog niet zo dat iedereen mocht stemmen. Er was sprake van censuskiesrecht. Alleen rijke mensen mochten stemmen. 

Wat is censuskiesrecht?
Kiesrecht dat afhankelijk was van het betaalde bedrag aan belastingen. 


Slide 5 - Slide

Staten Generaal

Slide 6 - Slide

Onschendbaar

  • Koning is onschendbaar, ministers verantwoordelijk
  • --> = ministeriële verantwoordelijkheid

  • Macht koning dus beperkt

Slide 7 - Slide

Koning Willem II heeft de grondwet (1848) ondertekend.
Zijn opvolger Willem III (ook wel Koning Gorilla genoemd) baalt hiervan en wil weer de absolute macht (alleen heersen). Het lukt hem uiteindelijk niet om zijn macht te vergroten.
Ook heeft hij een geldtekort. Daarom wil hij Luxemburg aan Frankrijk verkopen, maar dat wil Duitsland (de Pruisen) niet. Anders zou Frankrijk te groot worden. Deze 'Luxemburgse Kwestie' wordt als volgt opgelost; Luxemburg wordt en niet van Nederland, en niet van Duitsland, en niet van Frankrijk, maar wordt in 1867 een eigen onafhankelijk land(je).
Koning Willem III (Koning Gorilla) heeft in zijn vakantiehuisje in Zwitserland een bijzondere hobby, maar welke hobby? (2:10)

Slide 8 - Slide

Het caoutchouc-artikel
In 1887 werd het censuskiesrecht vervangen door het caoutchouc-artikel

Hierdoor mochten mannen stemmen met "kenmerken van geschiktheid"

van 11% naar 65% kiesgerechtigden

Slide 9 - Slide

Fase 3: Fabriek
De industriële revolutie
De kleine werkplaats is een fabriek geworden. 




Slide 10 - Slide

Verstedelijking
Verstedelijking = het ontstaan en de groei van steden

Oorzaken:
  • Bevolkingsgroei
  • Industrialisatie
         (Mechanisatie platteland)
         (Ontstaan fabrieken)

Slide 11 - Slide

Andere gevolgen
  1.  Landschap > Fabrieken, spoorwegen en kanalen.
  2. Nieuwe steden bij mijnen en fabrieken.
  3. Er kwam een nieuwe beroepsgroep: arbeiders.
  4. milieuvervuiling

Slide 12 - Slide

Kinderwetje van Van Houten

  • In 1874 wordt het Kinderwetje van Van Houten goedgekeurd. 
  • Alleen in fabrieken kwam er een verbod op kinderarbeid onder de 12 jaar.

Slide 13 - Slide

SDAP
De socialisten wilden invloed in de politiek. In 1894 richten ze hun eigen politieke partij op: SDAP.
Sociaal Democratische Arbeiders Partij. 

Slide 14 - Slide

Modern imperialisme

Slide 15 - Slide

De emancipatiebewegingen
De opkomst van emancipatiebewegingen: feminisme en confessionalisme

Slide 16 - Slide

Politieke stromingen
  1. Liberalen
  2. Confessionelen:
    Protestanten & Katholieken
  3. Socialisten

Slide 17 - Slide

De confessionelen

Slide 18 - Slide

Katholieken


  • Herman Schaepman  katholiek

  • RKSP

  • Emancipatie

  • eerste priester als volksvertegenwoordiger in 1880 


Slide 19 - Slide

Pieter-Jelles Troelstra
  • SDAP
  • Pieter Jelles Troelstra
  •  komt op voor de arbeiders
  • Algemeen Kiesrecht --> sociale wetten
  • Vergissing van Troelstra 1918

Slide 20 - Slide

Aletta Jacobs
  • Er was nog iemand die het opnam voor armen.
  • Vooral voor vrouwen en kierecht -->
  • Aletta Jacobs

Slide 21 - Slide

Wilhelmina Drucker
  • VVV
  • MANNEN EN VROUWEN GELIJK

Slide 22 - Slide

Pacificatie van 1917

Slide 23 - Slide

Emancipatie
  • Eind 19de eeuw strijden meerdere groepen voor gelijkstelling:
  • 1. Vrouwen
  • Strijden voor:
  • a. Toegang tot hoger onderwijs
  • Aletta Jacobs: eerste vrouw op universiteit (1871)
  • b. Vrouwenkiesrecht
  • 1917: passief vrouwenkiesrecht
  • 1919: actief vrouwenkiesrecht

Slide 24 - Slide

Vergissing van Troelstra
november 1918
Oproep tot socialistische revolutie door leider socialisten, Pieter Jelle Troelstra

De revolutie mislukt.

Slide 25 - Slide

De Eerste Wereldoorlog

"De Grote Oorlog"

Slide 26 - Slide

 5 Oorzaken 1e Wereldoorlog
1. Nationalisme

2. Modern imperialisme

3. Bondgenootschappen

4. Militarisme 

5. Wapenwedloop

Slide 27 - Slide

Dood van Franz Ferdinand 

Slide 28 - Slide

De Geallieerden tegen de Centralen

Slide 29 - Slide

Het von Schliefenplan mislukt

Slide 30 - Slide

Loopgraven en nieuwe wapens
-loopgraven 

Slide 31 - Slide

Nieuwe wapens
Nieuwe wapens

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Video

Loopgraaf voeten



  • Omdat de soldaten langdurig met dezelfde laarzen en sokken in de vocht en modder moeten staan, gaan hun voeten opzwellen, infecteren en vervolgens afsterven.
  • Meestal is amputatie de enige oplossing voor loopgraafvoeten

Slide 34 - Slide


Duikboten


  • Duikboten bestonden al sinds de 19e eeuw, maar in de Eerste Wereldoorlog werden ze voor het eerst (met name door Duitsland) massaal ingezet.
  • De Duitsers probeerden met de Onbeperkte Duikbotenoorlog (1915/1917) alle schepen (oorlogs-, koopvaardij- en passagiersschepen) tot zinken te brengen.

Slide 35 - Slide

1915:
eerste grote incident
Na 1917 gaat DU weer over op de onbeperkte duikboten-oorlog

Slide 36 - Slide

Lenin
  • Lenin was de leider van de Sovjet-Unie.
  • Vanaf 1922 ging het steeds slechter met Lenin.
  • er wordt gezocht naar een opvolger

Slide 37 - Slide

 1917
Rusland stopt met vechten in het Oosten door grote verliezen. De Tsaar (keizer) treedt af
Sluit wapenstilstand met Duitsland





Slide 38 - Slide

Propaganda
Censuur

Slide 39 - Slide

Dodendraad tussen België en Nederland

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Slide

De regering neemt maatregelen

1. Een distributie systeem waardoor de aanwezige producten 'eerlijk' verdeeld worden.

2. Boeren moeten tegen lage vastgestelde prijzen voedsel produceren.

Slide 42 - Slide

Kiesstelsel
 Districten Stelsel (1 persoon per district)


Evenredige vertegenwoordiging
Een landelijke lijst met kandidaten, mensen uit het hele land kiezen uit dezelfde personen



Slide 43 - Slide