DNA Les 1

1 / 38
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?

* Online les
* Aan de slag met opdrachten in groepjes
* Let op! Aantal opdrachten tijdens de les inleveren
* Eindopdracht vandaag inleveren in classroom
* Les afsluiten

Huiswerk: Bestuderen behandelde stof online les + inleveren opdracht classroom.

 

Slide 2 - Slide

Je moet de volgende begrippen kennen en kunnen en uitleggen wat ze betekenen. 
  • Genotype/fenotype
  • DNA
  • Chromosoom
  • Nucleotide
  • Mitose/meiose

Slide 3 - Slide


Genotype/ fenotype
  • Genotype = totale erfelijke materiaal van een organisme.
  • Fenotype= genotype +  invloed van het milieu (de omgeving)

Slide 4 - Slide

Genotype en fenotype
Genotype = de genen (erfelijke eigenschappen) die je van je ouders krijgt
Fenotype = hoe je eruit ziet. 
Dit kan anders zijn dan je genotype, veroorzaakt door het milieu (= je omgeving)

Genotype
+ Milieu --> Fenotype

Slide 5 - Slide

fenotype en genotype
Deze vrouw geeft twee x een allel voor de eigenschap haarkleur.

Zowel van vader als van moeder allel blond haar. Dit is haar genotype (allel blond + allel blond)
Haar fenotype is blond met regenboog (erfelijke eigenschappen + milieu)

Slide 6 - Slide

genotype
fenotype

Slide 7 - Slide

genotype en fenotype





fenotype kan je veranderen genotype niet

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

aangeboren blindheid
A
genotype
B
fenotype

Slide 10 - Quiz

Rood geverfd haar
A
genotype
B
fenotype

Slide 11 - Quiz

DNA

Slide 12 - Mind map

celkern
De celkern bevat DNA

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

DNA
  • DNA= de drager van al ons erfelijk materiaal en zit in de celkern van alle cellen.

Slide 18 - Slide

Je hebt 2 meter DNA
in elke cel
DNA is een molecuul, deze kun je lezen.

Slide 19 - Slide

Chromosomen zijn van DNA. DNA is een code voor eiwitten!

Slide 20 - Slide

Chromosoom
  • Chromosoom= drager van een deel van het erfelijk materiaal (DNA) van een organisme

Slide 21 - Slide

chromosomen
In elke cel zitten 46 chromosomen
23 kreeg je van je moeder 
23 kreeg je van je vader

de laatste chromosomen bepalen of je een jongen of een meisje bent

Slide 22 - Slide

Karyogram
  •  Karyogram = een afbeelding van de chromosomen van een organisme 

Slide 23 - Slide

Chromosomen zijn van DNA. DNA is een code voor eiwitten!

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Wat is DNA?
Een 'streepjescode' voor alle erfelijke eigenschappen, bijv.
       - oogkleur
       - lengte
       - haarkleur en haartype
maar ook:
       - muzikale aanleg
       - aanleg voor sporten

Slide 26 - Slide

Chromosomen zijn van DNA. DNA is een code voor eiwitten!

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Chromosomen zijn van DNA. DNA is een code voor eiwitten!

Slide 30 - Slide

Wat is een gen?

Een gen is een stukje DNA
voor één erfelijke eigenschap. 

de code wordt bepaald door 
de volgorde van de basenparen

Slide 31 - Slide

Wat zijn genen? 
Een gen bevat een erfelijke eigenschap.
Op een chromsoom liggen heel veel genen (enkelvoud = gen)
Ieder gen heb je twee keer:
*  een keer gehad van je moeder
*  een keer gehad van je vader
Samen bepalen de twee genen hoe je eruit ziet voor die eigenschap

Slide 32 - Slide

genexpressie
Een gen kan 'aan' staan in een cel waar dat nodig is

Een gen kan 'uit' staan in een cel waar dat niet nodig is.

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Video

Aan de slag: in stilte ;)
  • Open opdracht les 1 DNA in classroom
  • Lees en maak de 8 opdrachten in je groepje. Let op! Wel zelf   alles invullen. 
  • Heb je een vraag: laat het mij weten. 
  • Einde van de les sluiten we gezamenlijk af.

Huiswerk: Stof goed doornemen + opdracht inleveren. Zorg dat je morgen tijdens de les bij je antwoorden kunt.

Slide 35 - Slide

Aan de slag!

Slide 36 - Slide

Afsluiting: vragen?

Slide 37 - Slide

Laatste vragenrondje, waarover wil je nog vragen stellen?

Slide 38 - Open question