Embryonale bloedsomloop

Paragraaf 1 Dierenwelzijn
Embryonale bloedsomloop
1 / 15
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 15 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Paragraaf 1 Dierenwelzijn
Embryonale bloedsomloop

Slide 1 - Slide

In tweetallen
Een suikermolecuul komt in je darmen in het bloed en wordt in je nieren verbruikt. Noem alle bloedvaten en onderdelen van het hart die het molecuul passeert. Schrijf op in een lijst onder elkaar, maak gebruik van BINAS tabel 84A.

Bij nakijken: 1 pt voor elk juist onderdeel, -1p voor elke fout. 

Slide 2 - Slide

Antwoord
(haarvaten in de darmen) - poortader - haarvaten in de lever - leverader - onderste holle ader - rechterboezem - rechterkamer - longslagader - haarvaten in de longen - longader - linkerboezem - linkerkamer - aorta - nierslagader - (nierhaarvaten).

Slide 3 - Slide

Leerdoel
Je kunt de verschillen tussen de embryonale en de volwassen bloedsomloop beschrijven.

Slide 4 - Slide

Fase 1
boezemsystole
Fase 2
kamersystole
Fase 3 
hartpauze

Slide 5 - Slide

Embryonale bloedsomloop
Kenmerk 1:
Bloedsomloop kind is verbonden met de placenta

Slide 6 - Slide

Aanpassing 1
Navelstrengader: vervoert bloed uit de placenta naar het kind. Bevat zuurstof en voedingsstoffen. Zit gekoppeld aan de lever en de onderste holle ader.
2 navelstrengslagaders: vervoeren bloed van de baby naar de placenta (van het hart af dus slagader). Bevatten CO2 en afvalstoffen. 

Deze bloedvaten verschrompelen na de geboorte.


Slide 7 - Slide

Embryonale bloedsomloop
Kenmerk 2:
Omdat zuurstof van de placenta komt is de rol van de kleine bloedsomloop is veel kleiner, bloed naar de longen is alleen belangrijk voor het voorzien van de longcellen van zuurstof en voedingsstoffen.



Slide 8 - Slide

Aanpassing 2

Slide 9 - Slide

Aanpassing 2
Ovale venster/ Foramen ovale:
Opening tussen de rechter- en linkerboezem. Hierdoor stroomt veel bloed dat vanuit de placenta komt direct door naar de linkerkamer richting de grote bloedsomloop.
Dit venster sluit na de geboorte.

Slide 10 - Slide

Aanpassing 3

Slide 11 - Slide

Aanpassing 3
Ductus Botalli:
Verbinding tussen de longslagader en de aorta. Hierdoor stroomt veel bloed dat door de rechterkamer de longslagader wordt ingepomt direct naar de aorta en dus naar de grote bloedsomloop.

Deze verbinding verdwijnt na de geboorte.


Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Het hart als een pomp
Slagvolume: Hoeveelheid bloed die bij elke slag van de kamer het lichaam in word gepompt.
Hartslagfrequentie: aantal slagen van het hart per minuut. 
Hartminuutvolume: hoeveelheid bloed die per minuut het lichaam in gaat. 
Hartminuutvolume = hartslagfrequentie X slagvolume


Slide 14 - Slide

Aan de slag
Maak opdr. 6 en 7
Lees blz. 74 t/m 76
Maak BS2 af: 12, 13, 15, 17 en opdr. 18 t/m 23
Olympiade opdracht 3

Slide 15 - Slide