B3 Gewrichten + B4 Spieren

Basisstof 3 'Gewrichten'
1 / 48
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 48 slides, with interactive quizzes, text slides and 9 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Basisstof 3 'Gewrichten'

Slide 1 - Slide

Je botten zitten aan elkaar met  gewrichten.

Door gewrichten kan je lichaam soepel bewegen.
ellenboog-gewricht

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Wat is de functie van een gewricht?
A
Voor de stevigheid
B
Beweging mogelijk maken
C
Aanhechting van de spieren

Slide 4 - Quiz

Welk gewricht zie je hier?
A
dijbeen/ heup
B
opperarmbeen/ schouder
C
vingerkootje
D
elleboog

Slide 5 - Quiz

Onderdelen gewricht
Gewrichtskapsel: houdt botten bij elkaar en maakt gewrichtssmeer
Kraakbeenlaagje: makkelijker bewegen en tegen slijtage
Gewrichtssmeer: makkelijker bewegen.
Kapselbanden: Extra versteviging

Slide 6 - Slide

gewrichtskom
gewrichtkogel
gewrichtsmeer
kraakbeenlaagje
gewrichtkapsel

Slide 7 - Drag question

Slide 8 - Video

De kapselbanden zijn een extra versteviging. Ze helpen de botten op hun plaats te houden.
De kapselbanden zijn een extra versteviging. Ze helpen de botten op hun plaats te houden.
Om het gewricht zit een stevig vlies. Het houdt de botten bij elkaar. Het maakt ook gewrichtssmeer.
Om het gewricht zit een stevig vlies. Het houdt de botten bij elkaar. Het maakt ook gewrichtssmeer.
Het uiteinde van één (1) bot is bol. Dit heet de gewrichtskogel.
Tussen de  botten zit gewrichtssmeer. Dit werkt als een soort smeervet. Hierdoor kunnen de botten soepeler bewegen.
Het uiteinde van één (1) bot is kom-vormig. hier past de gewrichtskogel precies in.
Op de kop van elk bot zit een laagje kraakbeen. Het beschermt de botten tegen slijten.

Slide 9 - Slide

gewrichtssmeer
kapselband
kraakbeenlaagje
gewrichtskapsel
gewrichtskom
gewrichtskogel

Slide 10 - Drag question

Wat is het? 'Houdt botten bij elkaar en maakt gewrichtssmeer.'
A
gewrichtskogel
B
kraakbeenlaagje
C
gewrichtskapsel
D
gewrichtskom

Slide 11 - Quiz

Waarvoor dient het kraakbeenlaagje in en gewricht? (2 antwoorden zijn goed)
A
Houdt de botten bij elkaar
B
Voorkomt slijtage
C
Gemakkelijker bewegen
D
Maakt gewrichtssmeer

Slide 12 - Quiz

Welk onderdeel van het gewricht wordt hier aangegeven met een 7?

Slide 13 - Open question

Slide 14 - Video

Slide 15 - Slide

Je ruggengraat kan bewegen, dit komt door verbindingen van:
A
kraakbeen
B
gewrichten
C
gewrichtssmeer
D
gewrichtsbanden

Slide 16 - Quiz

Rolgewricht

Spaakbeen en ellepijp.

Slide 17 - Slide

Zadelgewricht

  • basis van de duim

Slide 18 - Slide

Scharniergewricht

  • ellenboog
  • knie
  • vingers

Slide 19 - Slide

Welk gewricht is dit?
A
kogelgewricht
B
scharniergewricht

Slide 20 - Quiz

Welk soortgewricht is dit?
A
kogelgewricht
B
scharniergewricht

Slide 21 - Quiz

Welk soort gewricht zie je hier?
A
rolgewricht
B
scharniergewricht
C
kantelgewricht
D
kogelgewricht

Slide 22 - Quiz

Een voorbeeld van een kogelgewricht zijn de gewrichten in de vingers.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 23 - Quiz

Een voorbeeld van een kogelgewricht is het schoudergewricht.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 24 - Quiz

Als je je enkel 'verzwikt (verstuikt)',  schiet deze even uit de kom.
Dit kan ook gebeuren met andere gewrichten.
Meestal zorgen de kapselbanden dat de gewrichten op hun plaats blijven.
Soms moet de er een arts aan te pas komen om de botten weer terug te plaatsen. 
De kapselbanden zijn daarna nog een tijdje opgerekt.

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Video

Slide 27 - Video

Basisstof 4 'Spieren'

Slide 28 - Slide

Doel van deze les
Je weet waar spieren zitten
  • Je kunt vertellen hoe ze zijn opgebouwd
  • Je kunt vertellen hoe ze vastzitten
  • en natuurlijk hoe ze werken

Slide 29 - Slide

Kippenvel

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Video

Waar zitten al je spieren?
  • spieren zitten onder je huid
  • spieren zitten in organen (maag)
  • je hart is een spier




Slide 32 - Slide

Hoe werkt een spier?
  • Spiercellen vormen spiervezels
  • Groepjes spiervezels vormen spierbundel
  • Om spierbundel zit een vlies
  • vliezen zijn bij de uiteinden aan elkaar gegroeid = pees
  • Pezen zitten vast aan botten
  • Alle spieren samen vormen het spierstelsel

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Video

Slide 35 - Slide

Antagonisten = tegengestelde spieren

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Video

Waar bestaan spieren uit?
A
Pezen
B
Spiervezels
C
Vlies

Slide 38 - Quiz

Waar kan je lichaam door bewegen
A
Alleen door botten
B
Door botten en spieren samen
C
Alleen door spieren

Slide 39 - Quiz

Wat zit er tussen een bot en een spier?
A
Spierbundel
B
Spiervezel
C
Pees
D
Vlies

Slide 40 - Quiz

Als de armbuigspier samentrekt wordt hij:
A
langer en dunner
B
langer en dikker
C
korter en dikker
D
korter en dunner

Slide 41 - Quiz

De spieren zitten met pezen vast aan de botten
A
juist
B
onjuist

Slide 42 - Quiz

Wat is een antagonist?
A
een spier met een tegengestelde werking
B
een spier met dezelfde werking
C
allemaal pezen bij elkaar

Slide 43 - Quiz

Wat is de antagonist van de biceps?
A
armbuigspier
B
armstrekspier

Slide 44 - Quiz

Wat is de antagonist van de triceps?
A
armbuigspier
B
armstrekspier

Slide 45 - Quiz

Slide 46 - Video

Maken:
Hoofdstuk 3 - Gewrichten
Hoofdstuk 4 - Spieren

Bladzijde 22 t/m 33

NIET AF? Mee als huiswerk voor maandag!

Slide 47 - Slide

Slide 48 - Link