Zie de keuzeopdrachten in Classroom (onder Literatuur)
Lees ze door en kies er voor jezelf één uit
Verder: ik mis nog aantal boektitels. Invullen s.v.p.! Hier nemen we ca. 5 minuten de tijd voor
Slide 7 - Slide
Extra uitleg of nakijken
Extra uitleg werkwoordspelling 8.1 en 8.2
Niet nodig? Dan stil 8.1 t/m 8.3 nakijken
Klaar? Dan stil iets voor jezelf doen en wachten op de rest
Slide 8 - Slide
Werkwoordspelling
Persoonsvorm (pv) (tegenwoordig en verleden tijd)
Engelse ww
Infinitief (inf)
Gebiedende wijs (gw)
Onvoltooid deelwoord (od)
Voltooid deelwoord (vd)
Bijvoeglijk naamwoord (bn)
Slide 9 - Slide
Werkwoordspelling
Belangrijk: anders minder serieus genomen
Persoonsvorm vinden: tijd of enkelvoud/ meervoud veranderen Voorbeeld: 'Ik heb een huis gehuurd' / 'Ik had een huis gehuurd'
Slide 10 - Slide
pvtt
Enkelvoud: staat er ik of je/jij achter? OF is het gebiedende wijs? Dan schrijf je de pv als ik-vorm > Niet het geval? Dan ik-vorm + t Voorbeeld: 'Waarom word ik altijd uitgekozen?'
Meervoud: schrijf als hele werkwoord (infinitief) Voorbeeld: 'Wij lopen samen naar de trein'
Slide 11 - Slide
pvvt
Zwakke werkwoorden: 't ex-fokschaap > Hele ww -en > Zit de laatste letter wél in 't ex-fokschaap? Dan met een -te(n) > Zo niet? Dan met een -de(n)
Voorbeeld: lachen - lachte, geloven - geloofde
Slide 12 - Slide
pvvt
Sterkewerkwoorden: klankverandering > Zo kort en makkelijk mogelijk Voorbeeld: krijgen - kregen, lopen - liepen
Let op!: in verleden tijd NOOIT met -dt
Slide 13 - Slide
Engelse werkwoorden
Vervoegen op dezelfde manier als Nederlandse ww. > dus ook 't ex-fokschaap bij verleden tijd!
Hij relaxt, jij blogt, hij lasert
Uitgangs-e laten staan bij uitspraakproblemen: breakdancen - hij breakdancet, deleten - hij deletet
Slide 14 - Slide
Overige werkwoordsvormen
Infinitief (inf): hele werkwoord
Gebiedende wijs (gw): is een bevel, advies, wens, etc. > Schrijf je als ik-vorm
Onvoltooid deelwoord (od): iemand doet iets, tegelijk met iets anders > Schrijf je als infinitief +d (lachend, zingend)
Voltooid deelwoord (vd): langer maken of 't ex-fokschaap
Slide 15 - Slide
Ww als bijvoeglijk naamwoord
Bijvoeglijk naamwoord (bn): zegt iets over een zn
Net als gewone bn's: spel zo kort mogelijk
Voorbeeld:
- Het verlichte perron (dus niet verlichtte)
- De vergrote foto (dus niet vergrootte)
Slide 16 - Slide
Vorm + correct/ incorrect?
De gedoodde koe werd weggebracht.
Dat betekend niks.
Hij antwoord nooit op tijd.
Ik heb vorige week mijn ogen gelaserd.
Al pratent liepen we naar buiten.
Mijn broer downloadde altijd films.
Er gebeurd hier nooit wat leuks.
Slide 17 - Slide
Werkwoordenspel
1. Zet de tafels in groepjes van 4/5
2. Jullie krijgen een dobbelsteen
3. Speel het spel volgens de regels en schrijf op: getal van de dobbelsteen en juiste vervoeging
Slide 18 - Slide
Leerdoelen
Steek je duim op als je de leerdoelen van deze les hebt bereikt:
- Kennen en kunnen toepassen regels ww.spelling
- Weten wat het programma voor komende weken is
Slide 19 - Slide
Volgende les
Huiswerk: lezen proza reader blz. 9-11 ('open plekken' en 'wat wordt verteld?'