This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Examentraining Kader 2022
Tijdvak 1
Slide 1 - Slide
Bob is het vaak oneens met zijn ou-ders, moetvolgend jaar VMBO examen doen. Dit hoort bij levensfase';
A
Kleuter
B
Puber
C
Schoolkind
D
Adolescent
Slide 2 - Quiz
Oefenvraag examen 2016 tijdvak 2 - vraag 11
Gal helpt bij de afbraak van voedingsstoffen. Welke voedingsstoffen zijn dit?
A
eiwitten
B
koolhydraten
C
vetten
Slide 3 - Quiz
Examen 2017, eerste tijdvak: Urine wordt tijdelijk opgeslagen in de urineblaas. De urineblaas kan ontstoken raken door bacteriën die van buitenaf in de blaas terechtkomen. Als deze bacteriën in een nierbekken terechtkomen, kan dat een nierbekkenontsteking veroorzaken. Via welke delen van het uitscheidingsstelsel zijn deze bacteriën achtereenvolgens van buitenaf in een nierbekken terechtgekomen?
A
urineblaas → urinebuis → urineleider → nierbekken
B
urineleider → urinebuis → urineblaas → nierbekken
C
urineleider → urineblaas → urinebuis → nierbekken
D
urinebuis → urineblaas → urineleider → nierbekken
Slide 4 - Quiz
Je moet leren voor je examen, maar je hebt meer zin om te netflixen. Met welk deel van de hersenen besluit je wat je gaat doen?
A
Grote hersenen
B
Kleine hersenen
C
Hersenstam
D
Ruggenmerg
Slide 5 - Quiz
Oefenvraag examen 2017 tijdvak 1 - vraag 3
Als een bloedvat beschadigd is laten bloeddeeltjes het bloed stollen om bloedverlies tegen te gaan. Welke bloeddeeltjes zijn dit?
A
Witte bloedcellen
B
Rode bloedcellen
C
Bloedplaatjes
Slide 6 - Quiz
Oefenvraag examen 2018 tijdvak 2 - vraag 30
Gal wordt gemaakt in: Gal wordt opgeslagen in:
A
Galblaas - Lever
B
Galblaas - Galblaas
C
Lever - Lever
D
Lever - Galblaas
Slide 7 - Quiz
examen biologie HAVO 2017-2 vraag 7: lees de tekst.
welke bloedsbestandelen ontbreekt in de zoutoplossing waardoor het verlies van bewustzijn kan optreden?
A
bloedplaatjes
B
bloedplasma
C
rode bloedcellen
D
witte bloedcellen
Slide 8 - Quiz
Oefenvraag examen 2013 tijdvak 1 - vraag 14
IJzer is een bouwstof voor hemoglobine. Hemoglobine bevindt zich in de bloeddeeltjes die zuurstof vervoeren. Hoe heten deze bloeddeeltjes?
A
Witte bloedcellen
B
Rode bloedcellen
C
Bloedplaatjes
Slide 9 - Quiz
Noem twee belangrijke verschillen tussen het hormoonstelsel en het zenuwstelsel.
Slide 10 - Open question
Tijdens de menstruatiecyclus verandert de slijmlaag aan de binnenkant van de baarmoeder.
Hier zie je drie keer de doorsnede van een baarmoeder afgebeeld.
Bij welk moment van de menstruatiecyclus hoort de doorsnede?
Tijdens de menstruatie
Kort na de menstruatie
Tijdens de ovulatie
Slide 11 - Drag question
Vul de ontbrekende woorden in. Kies uit:
a. Terwijl een eicel rijpt, wordt het _____________ steeds dikker.
b. Dan vindt de _____________ plaats.
c. De _____________ sterft als hij niet bevrucht wordt.
d. Dan breekt het _____________ af.
e. Dat heet _____________ of _____________
De hele periode van de ene menstruatie tot de volgende menstruatie heet: ________
baarmoederslijmvlies
eisprong
eicel
baarmoederslijmvlies
menstruatie
ongesteld
menstruatiecyclus
Slide 12 - Drag question
Een aantal voedselketens die met elkaar verbonden zijn , noem je:
A
voedselweb
B
schakels
C
piramide van aantallen
Slide 13 - Quiz
Wat is een voedselweb?
A
Één voedselketen
B
Meerdere voedselketens
Slide 14 - Quiz
Zie je hier 1 of meer voedselketens?
A
Één voedselketen
B
Meerdere voedselketens
Slide 15 - Quiz
Welke bewering over voedselketens is juist?
A
Een voedselketen bevat wel consumenten, maar geen producenten
B
Een voedselketen eindigt altijd met een reducent
C
Ieder organisme in een voedselketen heet een schakel
D
De pijlen in een voedselketen wijzen van het organisme dat iets eet, in de richting van zijn eten
Slide 16 - Quiz
De lens in je oog zorgt voor
A
een kleurig beeld
B
een scherp beeld
C
het beschermen tegen stofjes
D
het afsluiten van je oog
Slide 17 - Quiz
Slide 18 - Slide
Hoe heet onderdeel 3?
A
rechterboezem
B
rechterkamer
C
linkerboezem
D
linkerkamer
Slide 19 - Quiz
Hoe heet de slagader die zuurstofarm is?
Slide 20 - Open question
Het gekleurde deel van je oog heet:
A
Pupil
B
Iris
C
Oogkas
D
Oogwit
Slide 21 - Quiz
Hoe heet het onderdeel van het oor dat er voor zorgt dat geluid om wordt gezet in een elektrisch signaal?
A
Hamer
B
Stijgbeugel
C
Aambeeld
D
Slakkenhuis
Slide 22 - Quiz
Wat is de functie van hormonen?
A
hormonen regelen de werking van organen die er gevoelig voor zijn
B
hormonen zorgen voor de voeding van veel hormoonklieren
C
hormonen zorgen voor snelle reacties op bepaalde prikkels
D
hormonen zorgen voor het maken van zuurstof
Slide 23 - Quiz
Wat regelen de hormonen uit de eilandjes van langerhans?
A
adrenaline in je bloed
B
hoeveelheid suiker in je bloed
C
geven hormonen af
D
zorgen voor verbranding
Slide 24 - Quiz
Welk onderdeel van je verteringsstelsel zorgt voor de vertering van zetmeel
A
slokdarm
B
lever
C
galblaas
D
speekselklieren
Slide 25 - Quiz
1. Vanuit de dunne darm worden de verteringsproducten opgenomen in het bloed 2. Het alvleeskliersap helpt bij de vertering van koolhydraten, eiwitten en vetten