De breedte van het referentiewaarden-interval wordt voornamelijk bepaald door biologische variatie, waaronder:
Binnen-persoon variatie: Natuurlijke schommelingen in concentraties bij een individu.
Tussen-persoon variatie: Verschillen tussen individuen door factoren zoals:
Leeftijd en geslacht: Invloed van stofwisseling en hormonen.
Nuchtere staat, stress, of aandoeningen: Effecten op bio moleculaire concentraties.
24-uurs ritme: Dagelijkse schommelingen, zoals in ijzerwaarden.
Menstruele cyclus en zwangerschap: Hormonale veranderingen.